Benzineprijs met bijna 20 procent gestegen sinds begin dit jaar: hoe komt dat?

Door de economische groei zitten de olieprijzen opnieuw in de lift. Wie vandaag een bezoekje aan de pomp brengt, zal die prijsstijging in zijn portefeuille voelen. De prijs voor benzine 95 stijgt namelijk tot 1,61 euro, het hoogste niveau in 7 jaar tijd.

Traag maar zeker komen we de economische crisis die het coronavirus teweeg heeft gebracht te boven. Na een groei van 1,7 procent in het tweede kwartaal verwacht de Nationale Bank van België (NBB) dat we in het derde kwartaal een economische groei van 1,8 procent zullen opmeten. Dat is in principe goed nieuws, maar die groei gaat gepaard met een aantal effecten die velen van ons minder zullen appreciëren.

Keerzijde economisch herstel

Een stijgende olieprijs is één van de (nefaste) gevolgen van de economische herstelbeweging. Doordat de economische productiviteit toeneemt, neemt ons brandstofverbruik toe. Denk bijvoorbeeld aan alle werknemers die opnieuw met de wagen naar het werk gaan.

De prijs voor een vat WTI-olie is in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar gestegen van 37,3 tot 68 dollar. Voor een vat Brent-olie wordt er vandaag 71,4 dollar op tafel gelegd. Exact één jaar geleden was dat nog 40 dollar.

De impact van die stijgende olieprijzen voelen autobestuurders al een tijdje in hun portefeuille. Zo is de maximumprijs voor benzine 95 (E10) sinds begin dit jaar gestegen van 1,35 euro per liter naar 1,61 euro. Het is intussen 7 jaar geleden dat die prijs de kaap van 1,6 euro rondde.

Ook wie met een dieselwagen rijdt ontsnapt niet aan de prijsstijging. De prijs voor een liter diesel is sinds de start van 2021 gestegen van 1,393 tot 1,586 euro. Wie tankt met benzine 98 betaalt vanaf vandaag 1,702 euro per liter.

Vraag blijft in welke mate de olieprijs de stijging van eerder dit jaar kan aanhouden. De afgelopen dagen hebben zowel WTI- als Brent-olie, ondanks de stevige stijging op jaarbasis, wat terrein moeten prijsgeven. Met een prijskaartje van 68 dollar noteert de prijs voor een vat WTI-olie zo’n 7 dollar onder de recordhoogte van dit jaar. Begin juli was de prijs even over de grens van 75 dollar gesprongen. Voor een vat Brent-olie betaalde je op het hoogtepunt dit jaar, ook begin juli, 77 dollar.

Wat mogen we in de (nabije) toekomst verwachten?

Intussen probeert China zijn stempel te drukken op de olieprijs. Het land heeft een nooit eerder geziene ingreep gedaan op de wereldoliemarkt door voor het eerst ruwe olie uit zijn strategische reserve vrij te geven met het uitdrukkelijke doel de prijzen te doen dalen.

In een verklaring op donderdag zei de National Food and Strategic Reserves Administration dat het land zijn gigantische oliereserves had aangeboord om “de druk van de stijgende grondstofprijzen te verlichten.”

Het Chinese agentschap zei ook dat een “genormaliseerde” rotatie van ruwe olie in de staatsreserves “een belangrijke manier is voor de reserves om hun rol te spelen bij het in evenwicht brengen van de markt”, wat erop wijst dat het kan doorgaan met het vrijgeven van vaten. Het agentschap zei dat het op de markt brengen van ruwe olie uit de nationale reserve via open veilingen “vraag en aanbod op de binnenlandse markt beter zal stabiliseren”.

De prijs voor een Brent-olie daalde met 1,9 procent na de bekendmaking van het nieuws. Het land is namelijk de grootste olie-invoerder ter wereld. Al is de opvallende beslissing van China maar één van de vele factoren die een invloed kan hebben op de olieprijs. Denk bijvoorbeeld aan natuurrampen of de afspraken tussen de OPEC-landen.

OPEC+, benaming voor het oliekartel OPEC en de enkele bevriende olieproducerende landen, heeft overigens vorige week beslist vast te houden aan de plannen om de olieproductie geleidelijk op te schroeven. Een toenemend aanbod kan een nieuwe prijsstijging in bedwang houden. Al zijn sommige landen, waaronder de Verenigde Staten, ervan overtuigd dat de kraan verder moeten worden opengedraaid.

Lees ook:

Meer