Belgische inflatie stijgt tot boven het niveau van 2 procent: hoe komt dat?

De Belgische inflatie is in juli gestegen met 2,27 procent. Dat meldt het Belgische statistiekbureau Statbel donderdag. De toename van de inflatie is voornamelijk te wijten aan hogere prijzen voor energie.

Waarom is dit belangrijk?

Het inflatiecijfer is een belangrijke graadmeter om vast te stellen hoe goed een economie draait. Op Europees niveau wordt er bijvoorbeeld gestreefd naar een inflatie van 2 procent (op middellange termijn). Een inflatie van 2 procent spoort de consumenten aan om goederen te kopen. Bij een te lage inflatie zullen sommigen hun aankopen uitstellen in de verwachting dat de prijzen verder zullen dalen. Een te hoge inflatie knibbelt dan weer te veel aan de koopkracht.

Het leven in ons land is deze maand 2,27 procent duurder geworden, Dat is een stevige toename in vergelijking met het inflatiecijfer in juni. Toen kwam de inflatie uit op 1,63 procent. De toename is ook forser dan wat het Federaal Planbureau eerder had voorspeld. Die instelling verwachtte een prijstoename van 1,84 procent.

Stijgende energieprijzen

De energieprijzen hadden in juli de grootste impact op de inflatie. De prijs van elektriciteit en gas is in die maand gestegen met respectievelijk 4,8 en 7,2 procent. Op jaarbasis zijn de prijsstijgingen nog forser. Voor elektriciteit betaal je vandaag gemiddeld 15,3 procent meer dan één jaar geleden. Aardgas is op jaarbasis zelfs 38,8 procent duurder geworden. Huisbrandolie is op jaarbasis dan weer 15,9 procent goedkoper geworden.

De heropleving van de economie is één van de verklaringen voor de toegenomen energieprijzen. In 2020 moesten heel wat bedrijven de deuren sluiten en was er minder vraag naar energie. Toen lagen de prijzen dan ook veel lager. Nu de economische activiteiten opnieuw toenemen, stijgt de vraag naar onder meer gas, elektriciteit en olie.

Voorts zijn de CO2-prijzen gestegen. Vorig jaar in juni bedroeg de prijs 25 euro per ton CO2. Dit jaar kwam de prijs in juni uit op 53 euro per ton. Die prijs is belangrijk omdat elke exploitant van een elektriciteitscentrale moet – net als de industrie of de luchtvaart – betalen om CO2 te mogen uitstoten.

De inflatie zonder energie kwam deze maand uit op 1,13 procent.

Duurdere reizen

Ook wie veel reist, zal de prijsstijgingen in zijn portefeuille voelen. De prijzen van motorbrandstoffen stegen deze maand gemiddeld met 3,1 procent. Hotelkamers en vliegtuigtickets stegen gemiddeld respectievelijk met 15,1 en 17,3 procent. Buitenlandse reizen en citytrips werden gemiddeld 3,2 procent duurder. De prijzen voor pakketreizen in België stegen gemiddeld met 13,3 procent. Vakantiedorpen en campings zijn op hun beurt met 8,5 procent gemiddeld duurder geworden.

Statbel merkt op dat de stijging van de prijzen voor producten gerelateerd aan reizen voornamelijk het gevolg is van de zomervakantie. Tijdens die periode reizen er veel mensen en stijgt de vraag. Een toenemende vraag heeft een opwaarts effect op de prijzen.

Lees ook:

(tb)

Meer