Belgen klampen zich vast aan job die ze hebben

De jobmobiliteit op de Belgische arbeidsmarkt was nog nooit zo laag. 40 procent van de werknemers geeft, in volle coronacrisis aan, niet open te staan om een nieuwe jobkans te grijpen. Dat blijkt uit een rapport van hr-dienstengroep Acerta.

Het jaarlijkse onderzoek van Acerta over de jobmobiliteit op de arbeidsmarkt viel dit jaar in volle corona-lockdown. Dat straalt af op de resultaten. Meer werknemers zijn niet (meer) geïnteresseerd in nieuwe jobaanbiedingen: 40 procent van de respondenten geeft aan dat ze geen nieuwe job overwegen. Vorig jaar was dat 26 procent, vijf jaar geleden ging het maar om 10 procent

‘We zijn onze arbeidsmarkt geëvolueerd van jobmobiliteit, die vijf jaar geleden nog erg sterk aanwezig was, naar een jobimmobiliteit. De coronacrisis heeft die tendens een extra duwtje in de rug gegeven’, aldus Nele Ronsmans van Acerta. Ze benadrukt dat medewerkers wél bereid zijn om nieuwe rollen of taken uit te oefenen binnen dezelfde organisatie.

Passieve interesse

Vorig jaar hield 62 procent van de werknemers opportuniteiten in de gaten, ook al was hij/zij niet actief op zoek. In 2020 is dat percentage ‘passief-geïnteresseerden’ gezakt naar 50 procent. Slechts 10 procent zegt actief op zoek te zijn naar een andere job. In 2019 was dat 12 procent, toen al een historisch laag percentage.

18 procent van de 1.020 bevraagde werknemers vreest bovendien zijn of haar job te verliezen, als gevolg van de coronacrisis. Bijna één op de vijf vreest er dus voor dat het coronavirus voor zo’n economische impact op bedrijven zal zorgen dat ontslagen onvermijdelijk worden. Omdat de contacten nu veelal digitaal verlopen, geeft slechts 28 procent van de respondenten aan in gesprek te zijn gegaan met zijn leidinggevende over ‘en wat hierna?’.

Meer