Auto met één inzittende heeft op leefmilieu een desastreuze impact

Een solitaire verplaatsing in een auto met een verbrandingsmotor kan per passagier een grotere uitstoot van broeikasgassen veroorzaken dan een reis met een vliegtuig binnen de grenzen van de Europese Unie. Dat blijkt uit een rapport van het Europees Milieuagentschap (EEA) over de ecologische voetafdruk van de verschillende transportmiddelen die over een afstand van 500 kilometer worden ingezet.

‘De emissies van de luchtvaart zijn per passagierkilometer consequent hoger dan bij het spoorvervoer’, aldus het rapport. ‘Toch kan niet gesteld worden dat een vliegtuigreis op het gebied van uitstoot altijd de meest schadelijke keuze vormt. Daarvoor moet immers met de vinger worden gewezen naar de traditionele personenwagen. Die impact is echter afhankelijk van het aantal inzittenden.’

Bezettingsgraad

‘Een auto die met één inzittende een afstand van 500 kilometer aflegt, blijkt over dat traject voor een grotere uitstoot verantwoordelijk te zijn dan alle andere vervoersmiddelen,’ verduidelijken de onderzoekers. ‘Wanneer de chauffeur echter een aantal passagiers laat meerijden, blijkt de auto op het vlak van uitstoot een betere keuze dan het vliegtuig.’

De bezettingsgraad blijkt bij de beoordeling van de milieuschade door transportmiddelen de belangrijkste factor’, voert het rapport aan. ‘Dat een auto, trein of vliegtuig nagenoeg leeg of voor 80 procent volzet een verplaatsing doet, maakt op het gebied van de ecologische voetafdruk een groot verschil. Alleen al de bezettingsgraad kan bepalen of het transportmiddel voor het leefmilieu de beste of de slechtste optie zou zijn.’

Een verplaatsing met de trein is volgens de onderzoekers de meest milieuvriendelijke vervoerswijze, afgezien van zachte mobiliteitsopties zoals wandelen en fietsen. ‘Het overhevelen van reizigers van de luchtvaart naar het spoorvervoer, zal voor de Europese Unie cruciaal zijn om de uitstoot van het transport met 90 procent te verminderen in vergelijking met het niveau van dertig jaar geleden’, aldus het rapport.

‘Er kan nu al worden vastgesteld dat bij het publiek een groter bewustzijn is gegroeid over de ecologische voetafdruk en de klimaatimpact van de luchtvaart. Dit heeft Europeanen ertoe gebracht om de keuze van het transportmiddelen te veranderen.’

‘Door de uitbraak van de pandemie is het gebruik van de trein drastisch gedaald, maar de periode voordien kon in heel Europa een toename van de vraag naar het spoorvervoer worden opgetekend.’

Geluidshinder

In de Europese Unie is het vervoer momenteel verantwoordelijk voor een kwart van alle emissies. In dat pakket is het wegvervoer verantwoordelijk voor 72 procent van de uitstoot. Het zeevervoer en de luchtvaart hebben een aandeel van respectievelijk 14 procent en 13 procent.’

‘Het aandeel van het treinvervoer bedraagt daarentegen amper 0,4 procent. Die emissies zijn te wijten aan de inkrimpende vloot diesellocomotieven.’

In het rapport wordt wel toegegeven dat niet alle evaluaties voor het spoorvervoer op een positief resultaat zijn geëindigd. ‘Er moest worden vastgesteld dat hogesnelheidstreinen over lange afstanden een geluidsoverlast creëren die de lawaaihinder van vliegtuigen evenaart of overstijgt,’ luidt het.

(jvdh)

Meer