Sinds de start van de coronacrisis zijn veel jongeren gestart met beleggen. De beurscorrectie toen was voor veel nieuwbakken beleggers het ideale instapmoment. Uit cijfers van de beurswaakhond FSMA blijkt dat vorig jaar 12.800 van de nieuwe beleggers twintigers waren. In 2019 stond de teller op 5.500.
De coronapandemie heeft op verschillende fronten een blijvende impact gehad op ons financiële leven. Zo zijn we meer beginnen digitaal bankieren en doen we vaker een beroep op contactloos betalen. Nu blijkt ook dat sinds de start van de gezondheidscrisis veel meer jongeren hun weg hebben gevonden naar de beurs. Dat blijkt uit een onderzoek van de FSMA. De beurswaakhond heeft de afgelopen vier jaar het gedrag van de Belgische retailbeleggers onderzocht.
Waarom is beleggen plots zo aantrekkelijk voor jongeren?
De toenemende populariteit van de aandelenmarkten bij jongeren heeft onder meer te maken met de lockdownperiodes en de correctie bij de start van de pandemie. Veel twintigers hadden toen niets om handen. Net op dat moment was er sprake van een koopmoment op de beurzen. Ook de lage spaarrente maakt beleggen aantrekkelijker, zeker nu de hoge inflatie knibbelt aan de koopkracht. De FSMA voegt eraan toe dat het voor jongeren ook eenvoudiger is geworden om te beleggen dankzij de zeer toegankelijke beursapps.
Cijfers uit het onderzoek van de toezichthouder tonen aan dat het aantal beleggers jonger dan 30 jaar de afgelopen jaren exponentieel is toegenomen. In 2019 behoorden 5.500 nieuwe beleggers tot die leeftijdsgroep. Twee jaar later was dat aantal toegenomen tot 12.800. Ze vormden daarmee de grootste groep bij de nieuwkomers in 2021.
De beurswaakhond merkt op dat jongeren voornamelijk interesse hebben in ETF’s, ook wel indextrackers genoemd. Dat zijn beleggingsfondsen die een bepaalde index volgen, zoals de Bel20. Dergelijke fondsen liggen goed in de markt wegens de lage kosten. In 2019 waren er 1.800 twintigers en dertigers die beleggen in ETF’s. Vorig jaar kwam dat aantal al uit op 11.500.
Verschillen tussen de generaties
Uit het onderzoek blijkt ook dat er enkele opvallende verschillen zijn tussen de generaties. Jongeren hebben bijvoorbeeld meer interesse in internationale aandelen. Bijna de helft van het investeringskapitaal van de beleggers jonger dan 30 jaar (49,1 procent) vloeide vorig jaar naar niet-Europese aandelen. Slechts 27 procent van de handelsvolume ging naar Belgische aandelen. Het overige gedeelte werd belegd in andere Europese aandelen.
Als we naar de oudere generatie kijken (60-69 jaar), zien we een totaal ander beeld. Slechts 27,6 procent van de handelsvolume ging naar niet-Europese aandelen, tegenover 35,7 procent dat belegd werd in Belgische effecten.
Voorts blijkt dat jongeren voornamelijk aandelen kopen, terwijl ouderen vooral hun posities liquideren. De twintigers hebben 50 procent van de in 2020 gekochte instrumenten nog steeds in hun portefeuille. Voor dertigers en veertigers is dit 30 procent van de gekochte instrumenten.
Een gegeven dat over alle generaties heen van toepassing is: voornamelijk mannen beleggen. Enkel bij de allerjongste beleggers is er relatief gezien een verhoogd aantal vrouwen, maar ook in die groep blijft het aantal mannen aanzienlijk hoger.
Veel jongeren die de afgelopen jaren zijn gestart met beleggen, hebben onlangs voor de eerste keer een beurscorrectie meegemaakt. Door de oorlog in Oekraïne hebben de beurzen een duik genomen. De FSMA merkt op dat er wat turbulentie was met iets meer transacties, maar een verkoopgolf zoals we hebben gezien bij het begin van de coronacrisis bleef uit.
(jvdh)