Over zes jaar moet in de Nederlandse provincie Groningen een Hydrogen Valley staan blinken. Waterstof moet de nieuwe economische pijler worden van de regio, die de voorbije decennia met zijn grote gasvoorraden een belangrijke steunpilaar van de Nederlandse economie was.
Daarvoor is zopas het project Hydrogen Energy Applications in Valley Environments for Northern Netherlands (Heavenn) opgestart, gesteund door een Europese subsidie van 20 miljoen euro.
De subsidies zijn toegekend door het initiatief Fuel Cell and Hydrogen Joint Undertaking (FCH-JU), een partnership tussen de Europese Commissie en de organisaties Hydrogen Europe and Hydrogen Europe Research.
Naast de Europese subsidies moet het project ondersteund worden door 70 miljoen euro bijkomende investeringen van publieke organismen en privébedrijven. Met die middelen moeten een aantal initiatieven op basis van waterstof worden opgezet. Voorwaarde is wel dat de waterstof op basis van duurzame elektriciteit wordt geproduceerd.
Impasse doorbreken
‘Daarbij moet de hele waardeketen worden gedekt,’ aldus de initiatiefnemers. ‘Dit betekent niet alleen productie en distributie, maar ook opslag en gebruik. Er moet zowel een aanbod als een vraag naar waterstof worden gecreëerd. Dat is de enige manier om uit de bestaande impasse te komen.’
‘De productie wordt momenteel immers opgehouden omdat er voor het product onvoldoende behoefte is, maar zolang er geen voldoende leveringen kunnen worden gegarandeerd, zal er ook geen vraag groeien.’ Uiteindelijk moeten toepassingen worden gevonden in de industrie, de mobiliteit en de bouwsector.
‘Groningen is een uitgelezen regio voor de uitbouw van een Hydrogen Valley,’ zegt Cas König, topman van Groningen Seaports. ‘De regio heeft een aantal karakteristieken en een geschiedenis die voor de uitbouw van een waterstof-economie van cruciaal belang zijn.’
‘In de havens is er ruimte om de waterstof te produceren, terwijl de regio over het dichtste gasnetwerk van de hele wereld beschikt. Er is bovendien de mogelijkheid om waterstof ondergronds op te slaan. Tenslotte zijn er in de havens vele kandidaat-gebruikers. Meer kan men niet wensen.’
Gaswinning
De regio heeft de voorbije decennia zijn rijkdom gebouwd op zijn grote ondergrondse gasvoorraden. Het einde van die reserves is echter in zicht. Bovendien zijn er ecologische bezwaren tegen het oppompen van het gas. Die activiteit zorgt in de omgeving voor talloze bodemtrillingen, waardoor vele huizen beschadigd zijn geraakt.
Drie jaar geleden besliste de Nederlandse regering de gaswinning in de regio geleidelijk af te bouwen. Eind dit decennium moet de gaswinning in het gebied volledig zijn gestopt. De stopzetting van die activiteit vormt echter een grote bedreiging voor het inkomen en de tewerkstelling in de regio. Een overstap op waterstof kan dan ook een dankbaar alternatief zijn.