De federale minderheidsregering-Wilmès heeft een reeks maatregelen klaar om de koopkracht en de werkgelegenheid te versterken. Het is al het derde herstelplan dat voorligt.
Het eerste plan werd voorgesteld op 6 maart en draaide voornamelijk rond het systeem van tijdelijke werkloosheid. Op 20 maart volgde dan de ‘bankenbazooka’ van vicepremier Alexander De Croo (Open Vld). De maatregelen hieronder vormen dan het derde luik en moeten nog de goedkeuring van de superkern op zaterdag krijgen. U weet wel: de vergadering van de tien partijen die de regering steunen.
- Er komt een verlenging van enkele maatregelen, zoals het systeem van tijdelijke werkloosheid, het overbruggingskrediet en het corona-ouderschapsverlof. Donderdagavond stemden de sociale partners al in met een mogelijke verlenging tot eind augustus. Zelfstandigen die nog altijd verplicht gesloten zijn, blijven tijdens de zomer aanspraak maken op overbruggingspremies.
- Het tweede onderdeel is specifiek gericht op de heropstart.
- Bedrijven zullen een lagere bedrijfsvoorheffing moeten betalen voor personeel dat weer aan het werk gaat, om de zware loonkost voor de werkgever te verzachten.
- Er komt een tax shelter voor kmo’s ter sprake, waarbij ondernemers fiscale voordelen krijgen als ze het kapitaal van hun bedrijf verhogen.
- Verder is er nog eenmalige verhoging van de investeringsaftrek: een bedrijf kan 25 procent van de investeringen dit jaar aftrekken van de belastbare winst.
- De overheid komt ook tegemoet aan zwaar getroffen sectoren, zoals de horeca, de cultuur- en de evenementensector.
- Een btw-verlaging tot 6 procent, behalve voor alcoholische dranken.
- Een horecacheque van maximaal 250 euro die werkgevers kunnen kopen voor hun werknemers. Die is fiscaal aftrekbaar.
- Een verhoogde aftrek van de restaurantkosten voor bedrijven. Nu bedraagt die 69 procent, maar dat zou 100 procent worden. Ook voor kosten van evenementen zou dat het geval zijn.
- Ten slotte is er nog het voorstel om een eenmalige premie van 250 euro toe te kennen aan leefloners, personen met een beperking en mensen die recht hebben op een inkomensgarantie voor ouderen.