“Waterstof is twee keer zo’n krachtig broeikasgas als eerder gedacht”

Waterstof, door sommigen beschouwd als een van de pijlers van de energietransitie, zou de planeet veel meer opwarmen dan eerder werd gedacht. Dit is de conclusie van een nieuwe studie die door de Britse regering is gepubliceerd.

Waterstof is een indirect broeikasgas. Het reageert met andere broeikasgassen in de atmosfeer om hun aardopwarmingsvermogen (GWP, of: global warming potential) te verhogen. Wetenschappers beschikten over deze kennis. Wat zij blijkbaar niet wisten, was dat het GWP van waterstof veel hoger was dan eerder was berekend.

“Terwijl door waterstof veroorzaakte veranderingen in methaan en ozon in de troposfeer [de laagste laag van de atmosfeer] eerder in aanmerking zijn genomen, hebben wij voor het eerst ook rekening gehouden met eerder genegeerde veranderingen in stratosferische [de op één na onderste laag van de atmosfeer] waterdamp en stratosferisch ozon in onze berekeningen van het GWP van waterstof”, leggen de auteurs van de studie uit.

De bevindingen werden gepubliceerd door de Britse regering, wetenschappers van het National Centre for Atmospheric Sciences en de universiteiten van Cambridge en Reading, en worden geciteerd door de website Recharge.

11 keer schadelijker dan CO2

Met deze nieuwe gegevens schatten de onderzoekers dat het GWP(100) van waterstof – het opwarmend vermogen over 100 jaar – 11 ± 5 bedraagt. Dit betekent dat 11 een gemiddelde is, waarbij de score ergens tussen 6 en 16 ligt. Ter vergelijking: het GWP(100) van kooldioxide (CO2) is 1, dat van methaan (CH4) 28.

11 is ongeveer 100 procent hoger dan eerder gepubliceerde berekeningen, merken de auteurs van de studie op. De meest geciteerde studie tot dusver, die dateert van 2001, had het GWP(100) van waterstof op 5,8 geraamd. “Voor een tijdshorizon van 20 jaar verkrijgen wij een GWP(20) voor H2 van 33, met een onzekerheidsmarge van 20 tot 44”, werpen de auteurs verder op.

In de studie in kwestie wordt overigens geen rekening gehouden met het GWP van het waterstofproductieproces, maar alleen met het effect van het in de atmosfeer vrijkomende H2.

Lekkage ten koste van alles vermijden

In hun 75 bladzijden tellende rapport waarschuwen de Britse onderzoekers voor het belang van het voorkomen van lekkage van waterstof uit de installaties die overal ter wereld in omvang toenemen.

“Elke lekkage van H2 zal leiden tot indirecte opwarming van de aarde, waardoor de vermindering van broeikasgasemissies die wordt bereikt door over te schakelen van fossiele brandstoffen op waterstof, teniet wordt gedaan”, klinkt het. “Lekkage van waterstof in de atmosfeer tijdens productie, opslag, distributie en gebruik zal een deel van de voordelen van een waterstofeconomie tenietdoen.”

De wetenschappers roepen daarom op om van het minimaliseren van lekkage een “prioriteit” te maken.

Vervoer per tanker

Uit een andere studie, eveneens in opdracht van de Britse regering, bleek dat het vervoer van vloeibare waterstof per tanker de grootste bijdrage levert tot waterstoflekkage, waarbij 13,2 procent van de lading in de atmosfeer lekt. Daarna komen de bovengrondse opslag van samengeperst gas (6,52 procent), brandstofcellen (2,64 procent) en tankstations (0,89 procent).

Op productieniveau zou door elektrolyse geproduceerde waterstof leiden tot het vrijkomen van 9,2 procent van de geproduceerde waterstof in de atmosfeer door “ontluchting en doorspoeling”. Dit cijfer zou dalen tot 0,52 procent via bijkomende maatregelen.

(lb/evb)

Meer