De rijkere landen moeten meer inspanningen doen om de integratie van migranten te vergemakkelijken. Dat blijkt uit de conclusies van een rapport van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (Oeso) over de integratie van migranten. De onderzoekers zeggen steeds meer problemen te zien met de instroom van migranten in de lidstaten van de organisatie.
“Anderhalf jaar geleden werden in de lidstaten van de Oeso zes miljoen vluchtelingen geteld,” merken de onderzoekers op. “Dat betekende een verdrievoudiging tegenover vier jaar voordien. Tijdens die periode moesten de Europese landen ongeveer vier miljoen asielaanvragen verwerken.”
Beroepsbevolking
“Deze toestroom zal ook zorgen voor een toename van de lokale beroepsbevolking, al zou die impact relatief beperkt blijven,” aldus het rapport. “Gerekend wordt dat deze nieuwkomers tegen het einde van dit decennium iets meer dan 0,33 procent van de totale beroepsbevolking van de regio zullen vertegenwoordigen.”
“Men moet echter vaststellen dat de integratie van de vluchtelingen op de Europese arbeidsmarkt nog lang niet is bereikt. Geraamd wordt dat vluchtelingen meer dan twintig jaar nodig hebben om eenzelfde arbeidsparticipatie te bereiken dan migranten die specifiek voor professionele doeleinden naar een land zijn gekomen.”
Stefano Scarpetta, directeur van de divisie arbeid en sociale zaken van de Oeso, wijst er daarbij op dat de werkgelegenheidsgraad van vluchtelingen tijdens de eerste vier jaar van hun verblijf in het gastland minder dan 30 procent bedraagt.
Scarpetta benadrukt dat onder meer in Frankrijk ongeveer 30 procent van de immigranten over een hoger opleidingsniveau beschikt, terwijl 21 procent alleen een basisopleiding heeft genoten. Dat fenomeen schept volgens Jean-Christophe Dumont, hoofd van de International Migration Division bij de Oeso, een duidelijk probleem van de integratieproblemen van de vluchtelingen op de arbeidsmarkt.
Prioriteit
Volgens Dumont moeten bij het integratiebeleid jongeren als een prioriteit worden bestempeld. Bijna 30 procent van de asielzoekers in Europa is jonger dan zeventien jaar. “Deze groep is vaak bijzonder gemotiveerd om te werken, maar het lage opleidingsniveau vormt een ernstig obstakel,” zegt Dumont.
Dumont verwijst daarbij naar Frankrijk, waar drie miljoen personen in de leeftijdsgroep tussen vijftien en vierendertig jaar geen onderwijs volgen en werkloos of ongeschoold zijn. Die groep bestaat voor 40 procent uit jonge mannen.
“Men moet er rekening mee houden dat deze jonge immigranten een langere aanpassingsperiode nodig hebben,” betoogt Dumont. “Misschien is het aangewezen om hen langer op school te houden.”
Daarnaast kan het volgens de Oeso nodig zijn om de beroepsopleiding aan de specifieke behoeften van vluchtelingen en kwetsbare migranten, zoals kinderen en vrouwen, aan te passen.
“Het ontbreken van snelle en geplande reacties heeft een duidelijke impact gehad op het publieke debat,” benadrukt de Oeso nog. “Het is dan ook tijd om tot actie over te gaan, rekening houdend met een achtergrond waarin extremistische bewegingen in toenemende mate initiatieven opzetten om migranten te stigmatiseren.”