De resultaten die taxi-app Uber donderdag nabeurs bekendmaakte, zijn niet om een gat van in de lucht te springen. De omzet in het eerste kwartaal steeg dan wel 14 procent naar 3,5 miljard, het verlies werd maar liefst 190 procent groter tot 3 miljard dollar.
Wel belangrijk: een deel van dat nettoverlies is te wijten aan bedrijven waar Uber in participeert. Die zijn door de coronacrisis ferm gedaald in waarde, maar zolang Uber zijn aandelen niet verkoopt, is dat verlies alleen virtueel. Zonder rekening te houden met die waardeverminderingen, zou er nog steeds een verlies zijn, maar met 1 miljard dollar zou dat ongeveer gelijk gebleven zijn aan dat van vorig jaar.
De bekende Amerikaanse belegger Warren Buffett klaagt al een tijd over de verplichting om participaties op te nemen in de nettowinst.
Minder taxi, meer eten
Dit kwartaal bestelden 5 procent minder mensen een taxi bij Uber tegenover vorig jaar, maar ze betaalden wel meer. De omzet in de taxidivisie steeg met 2 procent. Die daling in taxibestellingen werd trouwens goedgemaakt door de maaltijdleveringsdienst. Die steeg 52 procent in bestellingen, doordat meer mensen eten bestellen nu ze allemaal thuis zitten en niet meer kunnen uit eten. CEO Dara Khosrowshahi verwacht dat deze verandering van leven nog wel even zal aanhouden.
In een gesprek met analisten na de cijfers zei Khosrowshahi dat er in april 80 procent minder taxi’s besteld werden, maar dat de jongste drie weken de zaken weer beter gaan. Concurrent Lyft gaf donderdag een gelijkaardige boodschap.
Aandelenstijging
Beleggers konden die boodschap duidelijk smaken, want meteen na de uitspraak stegen de aandelen in de nabeurshandel 10 procent. Ondertussen staan ze nog op een winst van 6 procent.
Woensdag maakte Uber bekend dat het 3.700 mensen op straat zet als gevolg van de coronacrisis.