• Van Assche: “Mensen die van buiten de Europese Unie naar ons komen, gaan hier rechten opbouwen. Als zij zonder werk vallen, kunnen ze in de werkloosheid of ziekteverzekering terechtkomen. De grootste instroom in ons land is gezinshereniging. Dat wil zeggen dat er ook meer vraag naar huisvesting, kinderopvang en onderwijs gaat zijn.”
• “Laten we kijken welke mogelijkheden we nu al hebben om die vacatures in te vullen met de mensen die hier nu al zijn. En niet alleen naar de gemakkelijkheidsoplossing te grijpen, om mensen van buiten de EU te halen. Want er zijn wel degelijk nog honderdduizenden mensen in ons land die op arbeidsleeftijd zijn. Zij kunnen perfect gaan werken, maar doen dat niet op dit moment.”

Aanklampend beleid

• “Het is nog altijd niet uit te leggen aan onze ondernemers daar dat er dubbel zo veel mensen uit Frankrijk in West-Vlaanderen werken dan mensen uit Henegouwen”, meent Van Assche. “Wetende dat Henegouwen de provincie is met de hoogste werkloosheidsgraad. Dus we moeten veel meer inzetten op interregionale arbeidsmobiliteit.”
• “Dat wil zeggen dat er een meer aanklampend beleid gevoerd moet worden door de arbeidsbemiddelaars. De VDAB in Vlaanderen bouwt dat op. Maar als Actiris in Brussel en Forem in Wallonië niet op dezelfde manier gaan werken, dan gaan mensen ook niet de moeite doen om de vacatures in Vlaanderen te komen invullen.”
• “Laat de VDAB aan arbeidsbemiddeling doen, ook in Wallonië en Brussel. Laat het de jobs die we in aanbieding hebben niet alleen doorschuiven naar de collega’s van Forem en Actiris. Maar laat de VDAB ook zelf actief op zoek gaan naar geschikte arbeidskrachten in Wallonië en Brussel om die uit te nodigen om hier in Vlaanderen te komen werken”, besluit de Unizo-topman.