Het Europese kampioenschap voetbal is nog maar juist afgelopen, maar de UEFA kijkt al verder naar de toekomst. Daarin zou het toernooi en mogelijks heel anders kunnen uitzien. De Europese voetbalbond overweegt namelijk om het aantal deelnemers te verhogen van 24 naar 32 landen.
Toen 61 jaar geleden het eerste Europese kampioenschap voetbal – toen nog European Nations’ Cup genaamd – georganiseerd werd, deden amper vier landen mee aan het toernooi. 17 landen schreven zich in voor de kwalificaties en Frankrijk, Joegoslavië, Tsjechoslovakije en de Sovjet-Unie wisten zich van daaruit te plaatsen voor het EK. Die laatsten zouden uiteindelijk de eerste beker mee naar huis nemen.
Van 4 landen in 1960 naar 24 sinds 2016
Dat format zou blijven bestaan tot 1980. Toen is het aantal deelnemers aan het toernooi verdubbeld tot acht. België was één daarvan en haalde zelfs de finale op dat EK. Voor EURO 1996 besloot de UEFA om het EK opnieuw uit te breiden, deze keer tot 16 ploegen. Die aanpassing kwam niet toevallig. Met het uiteenvallen van de Sovjet-Unie en het opsplitsen van Joegoslavië en Tsjechoslovakije waren er in Europa namelijk heel wat nieuwe landen bijgekomen.
Iets meer dan tien jaar later lag er alweer een voorstel voor een nieuwe uitbreiding op tafel. Die zou uiteindelijk in 2009 goedgekeurd worden en ingaan vanaf EURO 2016. Het huidige format met 24 landen op het EK bestaat dus nog maar tweede edities. Toch zou er alweer gedacht worden aan een nieuwe uitbreiding.
Vanaf EURO 2028 met 32 landen?
The Associated Press meldt namelijk dat de UEFA op dit moment de haalbaarheid van een EK met 32 landen onderzoekt. Het plan zou zijn om die uitbreiding door te voeren vanaf EURO 2028. Het persagentschap vernam die informatie van bronnen die betrokken zijn bij dat proces, maar daarom anoniem willen blijven.
Waar het EK in 2028 zal doorgaan, ligt nog niet vast. De beslissing daarover valt eind 2023. Waarschijnlijk zal tegen dan ook de knoop doorgehakt zijn over het aantal deelnemers op dat EK. Meer landen betekent namelijk ook meer beschikbare stadions en andere infrastructuur. Maar daar komen we later op terug.
Niveauverschil
Aan een EK met 32 landen zijn zowel voordelen als nadelen verbonden. Veel kenners vrezen bijvoorbeeld dat het algemeen niveau van het toernooi naar beneden zal gaan door acht zwakker landen toe te laten. Bovendien riskeer je ook meer eenzijdige en dus saaie matchen door het niveauverschil tussen de landen.
Als 32 van de 55 aangesloten leden bij de UEFA zich plaatsen voor het EK lijkt het onvermijdelijk dat de voorrondes hervormd worden. Als je – zoals nu het geval is – tien groepen maakt met elk vijf of zes landen, zouden per groep drie landen zich plaatsen voor het EK. Voor toplanden zal de spanning er in zo’n geval snel af zijn waardoor de interesse van het publiek in de kwalificaties dreigt te verdwijnen.
Een andere oplossing is om de kleine landen eerst een soort voorronde te laten doen waarbij enkel de besten mogen meedoen aan de echt kwalificaties. Onder andere in Azië en Afrika wordt dat systeem al toegepast. Uiteraard is het ook mogelijk dat de UEFA beslist om hun nieuwe landentoernooi, de Nations League, deels te gebruiken als kwalificatietoernooi voor het EK.
Geen beste derdes meer
Het grootste voordeel van acht extra landen op het EK is dat het speelschema heel wat duidelijker wordt. In een toernooi met 24 landen heb je zes groepen met vier landen. Daarvan gaat de top twee per groep door naar de achtste finales samen met de vier beste derdes. Dat dat voor onduidelijkheid en verwarring kan zorgen, werd tijdens EURO 2020 duidelijk toen België vol spanning wachtte om zijn tegenstander te kennen in de achtste finale.
Als er 32 landen zijn, kan simpelweg gekozen worden voor acht poules van vier ploegen waarvan telkens de top twee naar de achtste finale gaat. Je hebt op die manier ook veel minder kans op een echte Groep des Doods met drie toplanden waarvan je dus één zou vroegtijdig uitgeschakeld worden. Dat format wordt al sinds 1998 met succes toegepast op het WK voetbal. Maar ook dat toernooi breidt uit. Vanaf 2026 (in Mexico, de Verenigde Staten en Canada) zullen er namelijk 48 landen meedoen aan het wereldkampioenschap. Mogelijk is dat ook een van de redenen waarom de UEFA zelf ineens aan uitbreiding denkt voor hun landentoernooi.
Geld en macht
Ondanks alle mooie verhalen zijn de plannen de UEFA waarschijnlijk voornamelijk ingegeven door de drang naar macht en meer geld. Meer landen en meer wedstrijden betekent namelijk een duurder televisiecontract en meer inkomsten van sponsors.
Als je dan ook nog eens als bestuurslid van de UEFA voor de uitbreiding stemt, verzeker je je meteen van steun van heel wat landen. Voetbalbonden waarvan hun nationale ploeg zo goed als altijd naast kwalificatie voor het EK grijpt, zullen er namelijk alles aan doen om acht extra landen op het toernooi te krijgen. Hen daarbij helpen, kan je later een belangrijke stem opleveren om verkozen te raken voor een hoge functie binnen de Europese voetbalbond.
Waar gaat EK in 2028 door?
Viertal uit de Balkan
Hoewel de UEFA het selectieproces voor het EK in ‘28 maar binnen 2,5 jaar afsluit, wordt er toch al gespeculeerd over welk(e) land(en) dat toernooi zullen mogen organiseren. Enkele landen toonden de voorbije jaren al interesse in het hosten van EURO 2028. De eerste officiële kandidatuur kwam er al in februari 2019 en is een samenwerking tussen vier Balkanlanden. Roemenië, Griekenland, Servië en Bulgarije hopen samen ofwel het EK in 2028 ofwel het WK in 2030 te organiseren. Het lijkt op dit moment wel onwaarschijnlijk dat de UEFA veel zin heeft in een gedeelde kandidatuur met vier landen. Op het uitzonderlijke voorbije EK na, waren nooit meer dan twee gastlanden.
Turkije probeert voor de zesde keer
Turkije bevestigde in augustus 2019 dat het zich opnieuw zou kandidaat stellen voor de organisatie in 2028. Het zal dan al het zesde EK op een rij zijn dat het land probeert het toernooi naar zich toe te trekken. De vorige vijf keer grepen ze er telkens naast en de kans lijkt klein dat dat nu anders zal zijn. Enkele maanden geleden pakte de UEFA Turkije al een ander sportevenement af. Door de slechte coronasituatie in het land verhuisde de finale van de Champions League toen last minute van Istanboel naar Porto. Bovendien moeten kandidaat-gastlanden sinds de selectie voor EURO 2024 aantonen dat ze op alle vlakken voldoen aan de ‘Guiding Principles on Business and Human Rights’ van de Verenigde Naties. Voor het Turkije van president Recep Erdogan kan dat wel eens een probleem zijn. Het land kwam de voorbije jaren onder andere in opspraak omdat het de doodstraf wil herinvoeren, toegang tot sociale media, Wikipedia en internet blokkeert of censureert, journalisten gevangen neemt, de vrijheid van de LGBT+-gemeenschap beknot en met oneerlijke verkiezingen de grondwet heeft aangepast.
Enkele andere landen worden ook genoemd, maar hebben dat nog niet zelf officieel bevestigd. Een daarvan is kersvers Europees kampioen Italië. Het land zou daarvoor wel enorme investeringen in hun verouderde stadions moeten doen. De vraag is dan ook of daar wel geld voor is. Engeland, Rusland, de Iberische buren Spanje en Portugal en het Scandinavisch viertal Denemarken, Zweden, Noorwegen en Finland zouden ook interesse tonen.
Lees ook:
- EURO2020: Italië wint EK na spannende strafschoppenreeks
- We hebben ooit al Olympische Spelen gehad in een pandemie – die van 1920 in Antwerpen. Ze waren geen succes
- Rode Duivels zullen nooit een groot tornooi winnen en daar is een sluitende verklaring voor
- Geen toeschouwers toegelaten op Olympische Spelen in Tokio: Japanse droom eindigt in financiële nachtmerrie