Sociale media blijven de smeerolie van de haatcampagnes en het geweld die de Amerikaanse samenleving teisteren. Bedrijven als Facebook en Twitter doen ongetwijfeld hun best, maar kunnen de overvloed aan haatberichten gewoon niet aan en hebben er vaak geen idee van wat op hun platforms gaande is.
Twee incidenten vorige week maken duidelijk wat er aan de hand is.
1. Twitter en de postbommen
Cesar Sayoc, een doorgedraaide Trump-supporter, verstuurde vorige week zelfgemaakte bommen per post naar een aantal politici van de Democratische Partij en andere beroemdheden. Amper 2 weken geleden had een politiek commentator Sayoc bij Twitter aangeklaagd, nadat die haar op de microblogsite had bedreigd. Twitter deed niets en verontschuldigt zich nu omdat het niet deed wat het had moeten doen. Te laat, spijtig genoeg.
2. Gab en de moorden in Pittsburgh
In Pittsburgh werden vrijdag 11 mensen om het leven gebracht door een jodenhater, die op het minder bekend sociale medium Gab, ongestoord zijn gangen kon gaan.
Gab profileert zich graag als een heraut van de ‘vrije meningsuiting’. Vele extremisten stapten over naar Gab eens Twitter hen begon te bannen. Gab laat haatberichten toe, zolang ze zich niet specifiek tot bepaalde individuen richten, iets waar de techindustrie wel tegen ageert.
Microsoft zegde een maand geleden zijn hostingovereenkomst met Gab op, waarna deze laatste op zoek moest naar een nieuwe aanbieder. Ook betaaldiensten Paypal en Stripe schrapten Gab uit hun klantenbestand, waardoor de site zondagavond de factor offline was genomen.
Ze willen wel, maar ze weten niet hoe…
Toch blijven sociale media bol staan van de haatberichten. Gebruikers maakten het sociale netwerk daar de voorbije dagen attent op, maar het lijkt er op dat Twitter moeite heeft om tekstberichten van aanstootgevend beeldmateriaal – vaak in de vorm van meme’s – te onderscheiden:
De megafoons van de haat
Zo circuleert op Twitter een bericht als zou Holocaustoverlever George Soros een nazi zijn.
Pas zondag werd in de Twitter-zoekmachine de auto-complete-functie aangepast die telkens het hashtagteken werd ingetypt, aangevuld met een letter b, de suggestie ‘#burnthejews’ (verbrand de joden) tevoorschijn haalde.
Voorstanders van de vrijemeningsuiting menen dat de activiteiten van deze extremisten best zichtbaar blijven, omdat die zichtbaarheid dienst doet als een soort ontsmettingsmiddel. Maar anderen denken dat diezelfde sociale netwerken vergiftigde omgevingen zijn geworden waar de rook elke ontsmetting onmogelijk maakt.
Zolang de eigenaars niet weten hoe het probleem aan te pakken zullen hun sociale netwerken de uitvergroters blijven van haat, samenzweringstheorieën en andere onzin.