Sanctiebeleid EU tegen Rusland wordt steeds kritischer bekeken op eerlijkheid en effectiviteit


Key takeaways

  • Het sanctiebeleid van de EU is bekritiseerd vanwege inconsistenties en problemen bij het rechtvaardigen van het treffen van Russische zakenlieden.
  • Een recente zaak suggereert dat sancties hun doel moeten dienen, waarbij individuen worden aangepakt vanwege hun huidige rol en voortdurende relevantie in plaats van alleen vanwege hun zakelijke status.
  • Het erkennen van persoonlijke en professionele veranderingen als reden voor het opheffen van sancties zou erop kunnen wijzen dat het loslaten van gesanctioneerde rollen verlichting brengt en anderen aanmoedigt hetzelfde te doen.

Het sanctiebeleid van de EU tegen Rusland om zijn economische en militaire capaciteiten te verzwakken, is intensiever geworden. Hoewel recente sancties gericht waren op belangrijke sectoren, overheidsfunctionarissen en militair personeel, waren spelers uit de privésector grotendeels afwezig. Dit meldt EU Today.

Dit kan worden verklaard door het feit dat de EU het steeds moeilijker vindt om haar aanpak van sancties tegen Russische bedrijven te rechtvaardigen. Sommige beperkingen worden opgeheven, andere worden aangevochten in rechtbanken, en deze inconsistenties dreigen de geloofwaardigheid en samenhang van het algemene sanctiebeleid van de EU te ondermijnen.

Sanctiebeleid EU staat bloot aan kritiek

Een recente zaak illustreert dit dilemma. Het Europese Hof van Justitie bereidt zich voor om uitspraak te doen over het beroep van vijf Russen die in 2022 werden bestraft als “vooraanstaande zakenlieden”. Advocaat-generaal Laila Medina heeft een niet-bindende conclusie uitgebracht waarin zij suggereert dat de gebruikte criteria weliswaar rechtsgeldig waren, maar dat de sancties toch hun beoogde doel moeten dienen. Individuen moeten niet alleen worden bestraft voor wie ze zijn, maar ook voor hun huidige rol en relevantie.

Mevrouw Medina beval aan om het beroep te verwerpen, maar gaf wel enkele belangrijke toelichtingen. De Europese Raad, zei ze, hoeft niet te bewijzen dat hij rechtstreeks invloed uitoefent op het Kremlin: deelname aan economisch significante activiteiten is voldoende.

Targeting bedrijfsleiders

De status van een individu als bedrijfsleider kan worden vastgesteld aan de hand van de professionele status, de omvang van de economische activiteiten, het kapitaalbezit en de functies die de persoon uitoefent. De relevantie van de sector en de potentiële invloed tellen ook mee. Medina wees erop dat de term “bedrijfsleider” over het algemeen verwijst naar een persoon die op uitvoerend niveau actief is in economische of commerciële zaken.

Deze brede interpretatie impliceert dat elk hoger kaderlid dat betrokken is bij een sector die aanzienlijke inkomsten voor de Russische staat genereert, aan sancties onderworpen zou kunnen worden. De selectieve toepassing van deze criteria ondermijnt echter hun geloofwaardigheid en geeft aanleiding tot beschuldigingen van willekeur. Veel westerse bedrijven blijven zonder gevolgen in Rusland actief, terwijl sommige gesanctioneerde Russen ontslag hebben genomen of zich teruggetrokken hebben, terwijl ze op de lijst blijven staan met weinig kans om verwijderd te worden.

Het opheffen van sancties

Medina’s mening suggereert dat sancties tegen zakenfiguren indirect druk kunnen uitoefenen op de Russische staat. Maar deze logica is steeds minder overtuigend. Er is geen ondersteuning voor het idee dat een handvol leiders hun gedrag zo kan veranderen dat de Russische economie er meetbaar onder lijdt en het regeringsbeleid erdoor beïnvloed wordt. De Russische economie is groot en veerkrachtig, dus het is onwaarschijnlijk dat het straffen van een klein aantal individuen een materieel effect zal hebben.

Medina wees er ook op dat het ontslag van een gesanctioneerd persoon het opheffen van de beperkingen kan rechtvaardigen, op voorwaarde dat er geen risico op omzeiling bestaat. De EU heeft al sancties opgeheven tegen bepaalde personen die gesanctioneerde entiteiten hebben verlaten. Anderen blijven gesanctioneerd ondanks soortgelijke maatregelen.

Kloof tussen juridische en praktische kant

Deze gevallen laten een groeiende kloof zien tussen de juridische logica en de praktische toepassing. Mensen op de lijst houden druist in tegen de logica van het aanmoedigen van gedragsveranderingen. Advocaten die bekend zijn met het beroepsproces merken op dat de EU de fouten in haar oorspronkelijke beslissingen begint in te zien.

Persoonlijke en professionele veranderingen erkennen als reden om sancties op te heffen is niet alleen eerlijk, het is ook een goede strategie. Het geeft aan dat het opheffen van sancties verlichting brengt, wat anderen aanmoedigt om hetzelfde te doen. Zonder deze flexibiliteit dreigen sancties statische en symbolische straffen te worden die geen strategisch voordeel bieden, de EU-instellingen met juridische geschillen belasten en zorgen over de mensenrechten oproepen.

Nieuwe benadering sanctiebeleid

Deze gevallen maken duidelijk dat er behoefte is aan een beter aanpasbaar en doelgerichter sanctieregime. De geloofwaardigheid van de EU zou gebaat zijn bij een beleid dat een evenwicht vindt tussen strengheid en eerlijkheid. Daarbij is het belangrijk dat de gebruikte methoden beter worden afgestemd op de doelstellingen van het sanctiebeleid en niet slechts individuen treffen die ver af staan van enige invloed op het staatsbeleid.

Meer

Ontvang de Business AM nieuwsbrieven

De wereld verandert snel en voor je het weet, hol je achter de feiten aan. Wees mee met verandering, wees mee met Business AM. Schrijf je in op onze nieuwsbrieven en houd de vinger aan de pols.