Steeds minder Russische bedrijven hebben buitenlandse aandeelhouders. Dat blijkt uit een rapport van het studiebureau Kontur. Het fenomeen moet volgens Kontur grotendeels verklaard worden door de pogingen van de Russische regering om de nationale economie zoveel mogelijk van buitenlandse invloeden af te schermen. Maar ook internationale sancties en de uitbraak van de coronapandemie zouden een impact hebben gehad.
“In augustus dit jaar hadden nog 28.400 Russische bedrijven een buitenlandse partij als aandeelhouder”, merkt Kontur op. “Dat was 40 procent minder dan drie jaar geleden. Dit betekent dat minder dan 1 procent van de Russische ondernemingen nog een buitenlandse aandeelhouder hebben.”
“Er is hier een duidelijke trend merkbaar, waarbij steeds minder buitenlandse partijen in de Russische economie aanwezig zijn. Dit kan zowel duiden op een uitstroom van buitenlands kapitaal uit Rusland als op een vermindering van het aantal Russische ondernemingen dat in offshore zones is geregistreerd.”
De Krim
Sinds de annexatie van de Krim zeven jaar geleden en de daaropvolgende introductie van westerse sancties, heeft de Russische regering een ambitieuze campagne gelanceerd om buitenlandse investeringen uit belangrijke delen van de nationale economie weg te duwen. Die tactiek vormt onderdeel van pogingen van de Russische regering om het land tegen een verdere escalatie van de spanningen met het Westen te beschermen.
Rusland heeft onder meer het grootste deel van de landbouwimport uit de Europese Unie verboden. Daarnaast werd tevens zwaar geïnvesteerd in de promotie van technologie van eigen bodem.
“Daarbij wordt vaak gebruik gemaakt van dwang, zoals de wettelijke verplichting om in overheidscontracten beroep te doen op Russische producten”, merkt de nieuwssite The Moscow Times in een commentaar op. “Een ander voorbeeld is de invoering van maatregelen die de soevereiniteit van het Russische internet moeten garanderen.”
“Maar daarnaast moet ermee rekening worden gehouden dat buitenlandse investeerders worden afgeschrikt door de zware corruptie die in Rusland heerst, een ondoorzichtige bureaucratie en spraakmakende rechtszaken zoals het proces tegen de Amerikaanse investeerder Michael Calvey.”
“De voorbije drie jaar moest in Rusland een systematische daling van het aantal buitenlandse investeringen worden gemeld”, voeren de onderzoekers aan. Gewag wordt gemaakt van een gemiddelde inkrimping van ongeveer 15 procent per jaar.
“De uitbraak van de coronapandemie heeft de situatie vorig jaar nog verergerd, aangezien die crisis de buitenlandse investeringen in Rusland het voorbije jaar tot het laagste niveau in meer dan een kwarteeuw heeft doen dalen.”
Fiscale ingrepen
De Russische regering is daarnaast ook begonnen met een zogenaamde de-offshorization. Maatregelen werden genomen om het voor Russische bedrijven minder aantrekkelijk te maken zich op fiscaal vriendelijke buitenlandse locaties te vestigen.
“Belastingverdragen met Cyprus, Malta en Luxemburg zijn de voorbije twaalf maanden herzien om de Russische heffingen op buitenlandse winsten te verhogen”, verduidelijkt Kontur. “Een soortgelijk verdrag met Nederland werd zelfs helemaal geschrapt omdat dit land weigerde de Russische voorwaarden voor een heronderhandeling te accepteren.”
Tegelijkertijd kregen een aantal jurisdicties in het Russische Verre Oosten een statuut met lage fiscale heffingen om investeringen in de betrokken regio’s te bevorderen en langlopende plannen voor de ontwikkeling van deze dunbevolkte gebieden te realiseren.
Kantor wijst er nog op dat 13 procent van de buitenlandse investeerders in de Russische economie in Cyprus is gevestigd.
Bovendien blijk dat de lucratieve energiesector, ondanks de druk van de westerse sancties, de Russische industrie met het hoogste niveau van buitenlandse betrokkenheid blijft. “In Rusland hebben 15 procent van de energiebedrijven buitenlandse aandeelhouders”, meldt het studiebureau.
(bzg)