De rush op vastgoed in Vlaanderen veroorzaakt door het verdwijnen van de woonbonus is definitief verleden tijd. Dat blijkt uit cijfers van de notarissen.
Eind september maakte de Vlaamse regering bij haar aantreden de afschaffing van de woonbonus bekend. Met dat systeem kregen kopers van een gezinswoning tijdens de looptijd van hun lening een belastingvermindering. De overheid schrapte die omdat de woningprijzen erdoor stegen. Bovendien bereikte de bonus vooral mensen die al best vermogend zijn.
In de nasleep van die beslissing kwam er een ware rush op de vastgoedmarkt. Kandidaat-kopers wilden profiteren van de bestaande fiscaal gunstige regeling. Vanaf 1 januari maakt de woonbonus overigens plaats voor lagere registratierechten: de tarieven dalen van 7 naar 6 procent.
Maar die rush is sinds enkele weken voorbij, blijkt uit cijfers van de Federatie van het Notariaat (Fednot). De voorbije week zijn er een kwart minder koopovereenkomsten ondertekend dan een jaar geleden. Kandidaat-kopers beseffen dat ze niet meer in aanmerking kopen voor de woonbonus, en hoeven zich dus niet meer te haasten.
