De grootste producenten van olie en gas in de wereld hebben hun investeringen in duurzame energiebronnen het voorbije jaar met 34 procent verhoogd, hoewel de uitbraak van de coronapandemie de wereldwijde vraag naar energie met 6 procent heeft doen dalen. Dat blijkt uit een onderzoek van Capital Economics en CMS Research, gebaseerd op analyse van de investeringsstrategieën van vijftien grote producenten van olie en gas.
Indien hetzelfde investeringstempo wordt aangehouden, kan de wereldwijde vraag naar olie volgens de onderzoekers al tegen het einde van dit decennium zijn absolute piek bereiken.
Katalysator
‘Investeringen in hernieuwbare bronnen werden door de bezuinigingen in de energiesector relatief gespaard’, zeggen de onderzoekers. ‘Het voorbije jaar werd door de betrokken bedrijven gezamenlijk 8,8 miljard dollar in duurzame energiebronnen geïnvesteerd, vergeleken met 6,6 miljard dollar het jaar voordien.’
‘Investeringen in de energietransitie vertegenwoordigden vorig jaar 3,6 procent van de totale kapitaaluitgaven van de grote olieconcerns, tegenover 2,9 procent het jaar voordien. Die investeringen bleken volgens de analyse tien keer beter bestand tegen bezuinigingen dan olie en gas.’
‘De pandemie zou de katalysator kunnen blijken die de sector nodig heeft om aan de ambities van de Klimaatakkoorden van Parijs te beantwoorden’, betoogde Bob Henderson, verantwoordelijke duurzaamheid bij Shell, in een commentaar op het rapport.
De grootste individuele investeerder in duurzame energie was Royal Dutch Shell met 2 miljard dollar, gevolgd door Total (1,7 miljard dollar) en Eni (1,6 miljard dollar). ‘Als het bestaande beleid wordt gehandhaafd, zullen de jaarlijkse investeringen in hernieuwbare energie van het actuele budget van 8,8 miljard dollar toenemen tot 10 miljard dollar tegen het einde van dit decennium’, zeggen de onderzoekers.
Klimaatakkoord
‘De verwachting is bovendien dat die trend zich verder doorzet’, wordt er nog opgemerkt. ‘Van de vijftien onderzochte concerns had tweederde eind vorig jaar een engagement voor toekomstige klimaartneutraliteit uitgesproken. Het jaar voordien had slechts één bedrijf – het Spaanse Repsol – een dergelijk engagement geuit.’
‘Dit betekent dat de petroleumpiek – het hypothetische punt waarop de wereldwijde productie van ruwe olie haar maximum bereikt, waarna zich een afname zal manifesteren – nog voor het einde van het decennium zou kunnen kunnen worden opgetekend’, menen de onderzoekers.
‘Die trend zou worden gedreven door een snel dalende vraag vanuit de lidstaten van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (Oeso). De vooruitzichten op een snelle petroleumpiek, kunnen nu al worden opgemerkt in de verkoop van activa en afschrijvingen op de balansen.’
Maar ondanks de versnelling van de investeringen in duurzame energie, benadrukt CMS Research dat het tempo van de transitie nog steeds te laag is om de wereld een kans te geven om de klimaatverandering tot 2 graden Celsius, zoals in de doelstelling van de Klimaatakkoorden van Parijs naar voor is gebracht, te beperken.
‘Die doelstellingen vragen meer ambitie, dringende investeringen en het heroverwegen van traditionele strategieën’, zegt Munir Hassan, analist bij CMS Research.
Technologieën voor duurzame energie waarin grote producenten van olie en gas de meeste interesse hebben getoond, zijn onder meer wind, zon, waterkracht, geothermie, biobrandstoffen, waterstof en koolstofopslag. Maar niet alle bedrijven hebben ervaring met al deze activiteiten.
‘In dit geval zullen overnames en fusies die leemte moeten opvullen’, zegt Hassan. Voorbeelden daarvan zijn de aankoop van Chargemaster door British Petroleum of de instap van Total in het offshore windpark-project Seagreen.
(am)