In de Europese Unie zijn dertig miljoen mensen – een populatie die overeenkomt met de gezamenlijke bevolking van Hongarije, Oostenrijk en Tsjechië – niet in staat om hun woning adequaat te verwarmen. Dat blijkt uit een rapport van het Jacques Delors Institute, gebaseerd op cijfers van twee jaar geleden.
De onderzoekers roepen de Europese Unie en de lidstaten van de Europese Unie om op het probleem van de energie-armoede meer in de aandacht te brengen. Tevens wordt gevraagd om fondsen voor het herstel na de coronacrisis prioritair toe wijzen aan de ondersteuning van gezinnen die moeilijkheden ondervinden om hun energiefacturen te betalen.
Zuid-Europa
Vooral Zuid-Europa, waar gebouwen minder goed geïsoleerd zijn tegen koudere weersomstandigheden, moet volgens het rapport met een grotere energie-armoede afrekenen. ‘In Bulgarije, Litouwen, Griekenland, Portugal en Cyprus wordt het probleem van de energie-armoede het scherpst gevoeld,’ benadrukken de onderzoekers Marie Delair en Thomas Pellerin-Carlin.
‘Veel mensen worden bovendien ook tijdens de zomer met energiearmoede geconfronteerd. Ze blijken dan niet in staat om hun woning voldoende te koelen. Dit fenomeen kan door de klimaatverandering, met het risico op zwaardere hittegolven, in de toekomst nog een groter probleem worden.’
‘Sommige gezinnen hebben zelfs het hele jaar onder energie-armoede te lijden,’ voeren Delair en Pellerin-Carlin aan. ‘In de winter hebben ze onvoldoende geld om hun woning te verwarmen, terwijl ze in de zomer niet de mogelijkheid hebben het pand te koelen.’
De onderzoekers merken op dat het probleem het voorbije decennium weliswaar is afgenomen, maar gevreesd wordt dat het virus Covid-19 voor een opstoot van de energie-armoede zal zorgen. ‘De uitbraak van de coronacrisis heeft immers meer mensen opnieuw in armoede teruggeduwd,’ aldus Delair en Pellerin-Carlin. ‘De pandemie heeft waarschijnlijk de twee hoofdoorzaken van energiearmoede verergerd.’
‘Door de uitbraak van de pandemie zijn enerzijds meer mensen terecht gekomen in gebouwen met lage energieprestaties. Een economische crisis doet immers meer mensen in armoede belanden, waardoor ze gedwongen zijn naar een goedkopere huisvesting te zoeken. Anderzijds moet worden vastgesteld dat vele gezinnen onder invloed van lockdowns en andere maatregelen tegen de verspreiding van het virus meer tijd thuis moeten doorbrengen. Dat leidt automatisch tot een hogere energierekening.’
Studenten en zelfstandigen
‘Lage inkomens en sociale huisvesting verhogen de kans op energiearmoede,’ benadrukken Delair en Pellerin-Carlin nog. ‘Bovendien werd vastgesteld dat vrouwen in het algemeen met een slechtere huisvesting moeten afrekenen dan mannen. De pandemie betekent echter dat ook nieuwe groepen, zoals studenten en zelfstandigen, vaker met energiearmoede te maken krijgen.’
Een grondige renovatie van de Europese gebouwen is nodig om de klimaatdoelstellingen van de Europese Unie te laten halen. Momenteel zijn gebouwen in de Europese Unie naar schatting verantwoordelijk voor 40 procent van het energieverbruik en 36 procent van de uitstoot van koolstofdioxide.
In oktober vorig jaar lanceerde de Europese Commissie een renovatieproject om de energieprestaties van de gebouwen te verbeteren. Analisten wijzen er echter op dat renovatie in de Europese Unie tot nu toe zijn doelstellingen nagenoeg steeds heeft gemist.
Volgens de richtlijn voor energie-efficiëntie moesten landen elk jaar 3 procent van de gebouwen van de centrale overheden renoveren, maar dit doel is niet gehaald. De lidstaten van de Europese Unie moesten tegen maart vorig jaar bovendien ook een plan voor een renovatiestrategie op lange termijn indienen, maar slechts de helft van de landen heeft aan die oproep gevolg gegeven.