De Verenigde Staten hebben vorig jaar een recordhoeveelheid aan windenergiecapaciteit geïnstalleerd: bijna 17.000 megawatt aan elektriciteit op land. Dat zegt een rapport van het Amerikaanse ministerie van Energie dat maandag werd vrijgegeven.
Windenergie maakte in de VS in 2020 slechts 11 procent van de totale energieopwekking uit. Aardgas vertegenwoordigde 43 procent van het totaal. Kernenergie en steenkool waren elk goed voor ongeveer 20 procent.
Maar windenergie wint wel snel aan belang. Van het nieuwe energievermogen dat in 2020 werd opgewekt, vertegenwoordigde windenergie daar 42 procent van. Dat komt neer op 24,6 miljard dollar aan nieuwe windenergieprojecten, zegt de studie van het Energy Department.
Zonne-energie stond op de tweede plaats, goed voor wel 38 procent van de nieuwe capaciteit, terwijl aardgas slechts 20 procent vertegenwoordgie. Zo’n 80 procent van de nieuw toegevoegde capaciteit, bestond dus uit hernieuwbare energie (wind- en zonne-energie).
Jobs
“Deze rapporten bevatten geweldig nieuws: de VS heeft vorig jaar een recordhoeveelheid windenergie op land geïnstalleerd,” zei minister van Energie Jennifer Granholm in een verklaring. In 25 verschillende staten werden er vorig jaar nieuwe windturbines op land gebouwd. Texas installeerde de meeste capaciteit, zo’n 4.137 megawatt, volgens het rapport.
Dat zal volgens het Energy Department tot meer werkgelegenheid moeten leiden in de windindustrie. In 2020 nam het aantal jobs in die sector met 1,8 procent toe. Dat maakt de windindustrie een van de weinige gebieden waar de werkgelegenheid is gegroeid tijdens de coronaviruspandemie.
Offshore windenergie de toekomst
De turbines maken deel uit van de ambitieuze plannen van de Biden-regering om het gebruik van hernieuwbare energie te vergroten. Ze heeft gezworen om tegen 2035 100 procent schone energie te gebruiken. Een onderdeel van deze plannen is de doelstelling om tegen 2030 zo’n 30 gigawatt offshore windenergie te ontwikkelen. Dat zijn windturbines op zee.
Ook Europa heeft zulke doelstellingen. Ons continent telt nu al 120 offshore windmolenparken. De Europese Unie (EU) wil er nog veel meer en wil dat offshore-windenergie tegen 2050 zo’n 20 procent van onze energie produceert.
Europa heeft in de periode januari tot juni 2021 zo’n 1,3 gigawatt (GW) aan nieuwe offshore windmolenparken gebouwd. En er werd wel 2,5 GW aan nieuwe turbines besteld, wat een verdubbeling is van het tempo.
Veel primeurs in Europa
De turbines worden ook steeds groter. De nieuw geïnstalleerde turbines in Europa zijn dit jaar goed voor gemiddeld 8 tot 10 megawatt (MW) per stuk. Maar binnenkort zullen er van 12 tot 15 MW per stuk komen. Ter illustratie: een turbine van 14 MW kan met slechts één rotatie een huishouden twee dagen van stroom voorzien.
Frankrijk is begonnen met de bouw van zijn eerste twee offshore windmolenparken. In Saint-Nazaire komt er een windmolenpark van 480 MW. In Saint-Brieuc, dat voor de kust van Bretagne ligt, zal het park nog net iets groter zijn.
Europa staat ook op het punt het eerste windmolenpark op zee ter wereld te openen met netverbindingen naar twee landen. Kriegers Flak in de Oostzee, dat zowel op Duitsland als op Denemarken zal worden aangesloten, gaat op 6 september open.
(evb)
