De werkzaamheidsgraad van niet-EU-burgers is het afgelopen jaar sterk toegenomen en bevindt zich op het hoogste peil ooit. Tegelijkertijd blijft er een kloof bestaan met Belgen en werkenden met herkomst uit een EU-land.
Nog nooit waren er zoveel niet-EU-burgers aan het werk in België, maar de kloof blijft groot
Waarom is dit belangrijk?
De federale regering hoopt op een werkzaamheidsgraad van 80 procent in 2030. Er is nog werk aan de winkel, maar de activatie van werkzoekenden lijkt vruchten af te werpen.De cijfers: Uit cijfers van Statbel, die De Tijd opvroeg, blijkt dat 57,4 procent van de niet-EU-burgers tussen 20 en 64 jaar aan het werk was in 2023.
- In vergelijking met 2013 is dit een stijging van 8,2 procentpunten. Daarmee is het aantal werkenden met een herkomst buiten de EU het hoogste ooit.
- De categorie ‘niet-EU-burger’ bevat ook mensen waarbij beide of een van beide ouders afkomstig zijn van buiten de EU, en die dus zelf in België geboren zijn.
- Wel opvallend is dat de kloof groot blijft. De werkzaamheidsgraad lag in 2023 gemiddeld op 72,1 procent. Van de actieve Belgische bevolking was 76,5 procent aan het werk, bij burgers met herkomst binnen de EU lag dat op 70,9. Een stuk meer dus dan bij personen van buiten de EU.
Minder discriminatie
De details: De krapte op de arbeidsmarkt en minder discriminatie zorgen voor de toename.
- Stijn Baert, professor arbeidseconomie aan de UGent, ziet dat de krapte op de arbeidsmarkt meer mogelijkheden biedt voor werkzoekenden buiten de EU. “De inactiviteit en werkloosheid bij mensen met een migratieachtergrond liggen structureel hoger, maar dankzij de grote vraag zijn er voor hen meer mogelijkheden”, zegt hij tegenover De Tijd.
- Ook voerde Baert in 2021 praktijktesten uit. Daaruit bleek dat er minder uitgesproken wordt gediscrimineerd op basis van etnische achtergrond dan vroeger. De twee staan in verband met elkaar, legt hij uit: “Hoe moeilijker vacatures ingevuld raken, hoe minder selectief werkgevers zijn.”
- Opmerkelijk is ook dat het werkzaamheidsgraad bij de groep niet-EU-burgers veel hoger ligt in Vlaanderen (62,7 procent) dan in Brussel (55,4 procent) en Wallonië (50,6 procent).
- In Vlaanderen zijn er meer hooggeschoolde niet-EU-burgers, waardoor zij makkelijker een job vinden. Dat zou het verschil deels kunnen verklaren.
- Sectoren waar veel niet-EU-burgers werkzaam zijn, zijn met name de horeca- en de transportsector. Ook de gezondheidszorg en retail & groothandel kent een groot aandeel werknemers met roots buiten de EU. Managementfuncties en wetenschappelijke beroepen zijn dan weer ondervertegenwoordigd.