Nissan schroeft autoproductie dit jaar met 30 procent terug

De Japanse autobouwer Nissan zal door de coronacrisis dit jaar ongeveer 30 procent minder auto’s produceren dan vorig jaar. Dat blijkt uit berekeningen van een aantal analisten. Zij wijzen erop dat Nissan vorig jaar tijdens de drie laatste kwartalen in totaal ongeveer 3,7 miljoen wagens produceerde. Dit jaar zal de productie tijdens diezelfde periode volgens hen echter niet boven 2,6 miljoen exemplaren uitkomen.

Het voorbije boekjaar, dat eind maart werd afgesloten, produceerde Nissan in totaal 4,6 miljoen wagens.

Nissan moest door de uitbraak van de coronapandemie zijn autofabrieken stilleggen. Vele werknemers mochten door de lockdown in vele landen immers hun woning niet verlaten. Bovendien werd het steeds moeilijker om onderdelen te vinden. Ook de aanvoerketen viel immers nagenoeg volledig stil.

Maar ook de verkoop kende een zware terugval, want over de hele wereld werden dealers gedwongen gedurende verscheidene weken hun deuren te sluiten. Tijdens april en mei, de twee eerste maanden van zijn nieuwe boekjaar, produceerde Nissan wereldwijd 307.000 wagens. Dat betekende een daling met 62 procent tegenover dezelfde periode vorig jaar.

Koerswijziging

De coronacrisis trof de hele sector, maar kwam vooral voor Nissan op een bijzonder ongelegen ogenblik. De Japanse autobouwer werd voor de uitbraak van de pandemie immers al met een moeilijke periode geconfronteerd. Nissan moest voor de eerste keer in elf jaar een verlies melden.

In Europa moest de constructeur vorig jaar zelfs afrekenen met een verkoopdaling van 20 procent tegenover het jaar voordien. In de hele regio liet geen enkel ander merk een slechtere prestatie optekenen.

Die vaststelling had de Japanse constructeur al tot een belangrijke koerswijziging aangezet. Nissan besliste zich daarbij minder op Europa te richten en zich meer op de Verenigde Staten, China en zijn Japanse thuismarkt te focussen.

Meer