De Franse drankengroep Moët Hennessy heeft in Oiry, in de buurt van Epernay in het departement Marne, zijn nieuwe Robert-Jean de Vogüé Research Center officieel in gebruik genomen. Met de realisatie van het nieuwe onderzoekscentrum ging een investering van 20 miljoen euro gepaard.
Het onderzoek dat in het nieuwe centrum wordt gevoerd moet Moët Hennessy, de drankendivisie van het Franse luxeconcern LVMH Group, in staat stellen een beter inzicht te verwerven in de grote uitdagingen waarmee de sector de volgende decennia zal worden geconfronteerd en moet het bedrijf in staat stellen efficiënte antwoorden op knelpunten naar voor te brengen.
De nieuwe site is genoemd naar Robert-Jean de Vogüé, een van de historische leiders van het bedrijf.
Nieuwe eisen
“De klimaatverandering en het verlies aan biodiversiteit stellen nieuwe eisen aan het bedrijfsmodel van de wijnbouw”, motiveert Philippe Schauss, chief executive van Moët Hennessy, de beslissing van de onderneming voor de bouw van een nieuw onderzoekscentrum.
“Bovendien groeit er ook vanuit de klanten een grotere vraag naar milieuvriendelijke producten. Al deze ontwikkelingen maken een sterke noodzaak aan evolutie duidelijk. Met dit nieuwe centrum is onze onderzoeksdivisie nu echter optimaal uitgerust om voor actuele en toekomstige vragen optimale antwoorden aan te brengen.”
Het onderzoekscentrum moet volgens Schauss een knooppunt worden voor de uitwisseling van kennis tussen de verschillende wijnhuizen van de groep, maar ook met onderzoekers uit de publieke sector en andere externe instanties.
Moët Hennessy wijst er daarbij op al lange tijd te werken aan de uitbouw van een duurzame en veerkrachtige wijnbouw. Dat leidde vorig jaar tot de oprichting van het project ‘Living Soils’, een programma waarin duurzame ontwikkeling en sociale verantwoordelijkheid centraal staan.
Vier onderzoeksgebieden
Het nieuwe onderzoekscentrum zal zich op vier centrale onderzoeksgebieden toespitsen. Een eerste divisie zal verantwoordelijk zijn voor de studie van micro-organismen en hun impact op de wijngaarden. Daarnaast zullen echter ook experimenten met wijnranken en druiven worden opgezet om antwoorden te vinden op de uitdagingen van de opwarming van de aarde.
Maar ook de wijnproductie zal stap voor stap worden ontleed om de processen te optimaliseren en de recycleerbaarheid op te voeren. Tenslotte moet het centrum er echter ook voor zorgen dat de verschillende huizen hun kwaliteitsstatus behouden.
Het Robert-Jean de Vogüé Research Center werd ontworpen door architect Giovanni Pace en bevindt zich in de onmiddellijke omgeving van de productielocatie van Moët Hennessy in Mont Aigu.
Het complex, dat een oppervlakte van 4.000 vierkante meter beslaat, is geïntegreerd in het omringende landschap en is ingebed in een zacht glooiende aarden wal die een natuurlijke isolatie moet garanderen. “Alle gebruikte materialen voldoen bovendien aan de strengste normen die voor thermische prestaties en energieverbruik worden gesteld”, merkt het bedrijf op.
Het nieuwe centrum is genoemd naar Robert-Jean de Vogüé, die een belangrijke plaats in de geschiedenis van Moët Hennessy opeist.
Als voorzitter van Moët & Chandon werkte hij in de jaren dertig van de voorbije eeuw een collectieve arbeidsovereenkomst uit voor de werknemers van het concern. Dat model werd de voorloper van de arbeidsovereenkomsten die momenteel in Frankrijk worden gehanteerd.
Tachtig jaar geleden stond Robert-Jean de Vogüé bovendien mee aan de wieg van het Comité Interprofessionnel du Vin de Champagne (CIVC), een sectormodel dat sindsdien door andere Franse wijnregio’s is overgenomen.
Moët Hennessy overkoepelt in totaal vijfentwintig producenten van wijnen en sterke dranken.