Maat voor niets? Europees prijsplafond voor aardgas ligt onbruikbaar hoog

Waarnemers stellen zich grote vragen bij het technische voorstel dat de Europese Commissie heeft uitgewerkt voor het veelbesproken prijsplafond voor aardgas. Wellicht gaat het om een compromis om principiële tegenstanders als Duitsland over de streep te trekken.

Waarom is dit belangrijk?

België en enkele andere EU-lidstaten pleiten al maanden voor een prijsplafond voor gas op Europees niveau. Maar Duitsland en Nederland hebben zich altijd gekant tegen zo'n marktinterventie.

Het concrete voorstel: Het prijsplafond treedt automatisch in werking als aan twee voorwaarden voldaan is:

  • De gasprijs op de groothandelsmarkt – de zogeheten TTF-futureprijs – moet twee weken lang hoger dan 275 euro per megawattuur bedragen.
  • Bovendien moet de TTF-prijs in die twee weken gedurende 10 opeenvolgende handelsdagen 58 euro hoger liggen dan de referentieprijs voor LNG (vloeibaar aardgas).

Als beide voorwaarden ingevuld zijn, dan wordt de handel in TTF-futures boven het prijsplafond geblokkeerd. Maar andere transacties, zoals aankopen op de contantmarkt en andere transacties op erg korte termijn, zullen wel nog kunnen. “Om de bevoorradingszekerheid niet in het gedrang te brengen”, zegt de Europese Commissie daarover.

Maar is het wel bruikbaar? Critici vinden dat de Europese Commissie de lat wel heel hoog legt. Het is zelfs niet duidelijk of het prijsplafond in werking was getreden bij de prijspiek van afgelopen augustus.

Hoe moet het verder? Het voorstel van eurocommissaris voor Energie Kadri Simson wordt nu voorgelegd aan de ministers van Energie. België is zoals bekend een van de voorstanders van een prijsplafond, terwijl Duitsland, Nederland en Denemarken eerder tegenstanders zijn.

Het lijkt erop dat de Europese Commissie met die tegenstellingen rekening hield en een compromis uitgewerkt heeft waarbij niemand zijn gezicht hoeft te verliezen.

Meer