Zou een technologische oplossing de planeet kunnen beschermen tegen klimaatverandering?

Het pessimisme tegenover het halen van de net-zerodoelstellingen groeit in sommige hoeken van de academische wereld. Sommige wetenschappers roepen op tot plannen om de planeet kunstmatig af te koelen. Maar is geo-engineering wel een realistische uitweg uit deze nachtmerrie?

“Het is wonderlijk dat zoveel niet-specialisten er nog nooit van gehoord hebben, hoewel er al veel wetenschappelijk onderzoek naar werd gedaan.” Van Bochove is emeritus hoogleraar Wetenschapsbeleid aan de Universiteit van Leiden. “In 2006 publiceerde Nederlandse Nobelprijswinnaar Paul Crutzen een artikel over SAI, of Solar Aerosol Injection.”

Crutzen maakte zich zorgen over de haalbaarheid van het redden van het klimaat. “Hij dacht dat het misschien niet zou lukken om de uitstoot van de broeikasgassen op tijd te stoppen”, zegt Van Bochove. “We hebben meer tijd nodig om de CO2 te verwijderen. De SAI-technologie kan ons die tijd geven.”

Een soort parasol, maar nog geen waterdichte

Bij SAI wordt er zwaveldioxide (SO2) heel hoog in de lucht geschoten. Daar ontstaan  minuscule deeltjes, die hoog in de stratosfeer blijven hangen en de zon weerkaatsen. Daardoor komt er minder zonlicht en warmte binnen. “Het is een soort van parasol boven de aarde”, legt van Bochove uit.

“We weten dat dat werkt, want dat gebeurde ook bij de vulkaanuitbarsting van Mount Pinatubo. De Filipijnse vulkaan barstte uit in 1991. Daardoor kwamen er enorm veel gassen vrij die tot hoog in de stratosfeer reikten, waaronder SO2. In de jaren daarna koelde de atmosfeer wereldwijd af met 0,4°C en boven het noordelijk halfrond met 0,5 tot 0,6°C.”

“SAI bootst in feite een vulkaanuitbarsting na, zonder alle andere vervuilende gassen en met een gecontroleerde hoeveelheid zwaveldioxide”, zegt Van Bochove. “Daar zijn wel nog praktische experimenten voor nodig, maar het verbaast me dat hier in de politiek nog niets over gezegd werd.”

Valerie Trouet is paleoklimatoloog en professor aan de Universiteit van Arizona (Verenigde Staten). “Dat er nog heel veel onderzoek gedaan moet worden naar SAI, daar ben ik het mee eens. Maar we moeten ten alle kosten vermijden dat dat onze enige uitweg wordt. Er zijn veel problemen met deze technologie, en een ervan is dat het eigenlijk niets oplost.”

“Alles kan nog veel erger”

Dat is voornamelijk te wijten aan hoe SAI precies werkt. Neem het voorbeeld van de parasol. Alles onder de parasol koelt inderdaad af, maar niet alle effecten daarvoor zijn te voorzien. “Dat kan inderdaad onvoorspelbaar zijn”, zegt Van Bochhove. “Maar dit is het mooie aan de technologie; de effecten zijn omkeerbaar. Dat weten we dankzij de Pinatubo vulkaanuitbarsting. Al die effecten van toen zijn ondertussen allang verdwenen.”

“We hebben inderdaad het voorbeeld van die vulkaan”, zegt Trouet. “Maar SAI verandert meer dan enkel de temperatuur. Het beïnvloedt ook de neerslagpatronen en dat heeft veel socio-ecologische gevolgen.” Trouet zegt dat buiten neerslagpatronen, er ook veel andere cruciale dingen niet te voorspellen zijn. Zo bestaat het gevaar van een klimaatschok bij het stoppen van SAI als de warmte onder de parasol zich toch is blijven opbouwen.

“Ervan uitgaande dat het broeikaseffect niet stilgelegd is, komt al die hitte plots vrij zodra je stopt met SAI. Klimaatveranderingen die zonder SAI 50 jaar nodig hadden, gebeuren nu in misschien maar tien jaar. Met andere woorden, de wereld warmt nóg sneller op. De bosbranden die je voor even verminderd hebt met SAI, komen plots veel heviger terug”, zegt Trouet. “Alles kan echt nog veel erger.”

Van Bochove merkt daarbij op dat het wel de bedoeling is om simultaan de CO2 af te bouwen. “Wat ons klimaat echt onomkeerbaar zal veranderen, is de hoeveel CO2 die momenteel in de atmosfeer hangt. Net daarom moeten we de technologie blijven onderzoeken.” SAI mag dan niet de oplossing voor de klimaatcrisis zijn, het kan volgens hem wel een belangrijke rol spelen naar die oplossing toe. Trouet vindt dat echter geen geloofwaardig scenario. “Als we de CO2 nu al niet kunnen verminderen, waarom zouden we dat in de toekomst dan wel kunnen? En als we dat wel kunnen, waarom hebben we dan SAI nodig?”

Nog een obstakel: een internationale SAI-wetgeving

Een ander groot aspect is wetgeving. “Omdat ook de neerslagpatronen veranderen, kan het droger worden in China, natter in India enzovoort. Dat kan enorme impact hebben op landbouw, maar ook op internationale relaties. Je wil dus een globale wetgeving hebben om dingen als klimaatoorlogen te voorkomen”, zegt Trouet. “Maar kijk naar hoe traag de huidige klimaatgesprekken gaan. Wil je die technologie over dertig jaar kunnen gebruiken, dan moet je nu al beginnen met de gesprekken rond internationale SAI-wetgeving.”

“Om weemoedig van te worden dat die gesprekken zo lang duren”, zegt van Bochove. “We weten inderdaad niet precies welke delen van het klimaatsysteem SAI zal aantasten, maar dat moeten we uitzoeken. Daarbij zijn de neerslagpatronen ál aangetast en worden klimaatoorlogen ál gevoerd. Kijk naar wat de droogte in Syrië teweeg brengt. De effecten van de klimaatcrisis zijn nu al zo groot, moeten we dan helemaal niets doen? Ik denk dat SAI veel kleinere effecten met zich meebrengt dan het broeikaseffect.”

Professor van Bochove voegt daaraan toe dat SAI, zoals ook Crutzen bedoeld heeft, moet gezien worden als een noodrem voor het geval de CO2-reductie niet snel genoeg gaat. “Je moet voorkomen dat er points of no return worden bereikt. Zoals het smelten van de permafrost en de enorme hoeveelheden methaangas die daarbij vrijkomen. Dat zou de klimaatverandering onomkeerbaar maken”.

Wie gaat dat betalen?

Dan rest ook nog de vraag van de financiering. Om zwaveldioxide in de stratosfeer te schieten heb je speciale vliegtuigen nodig. Momenteel bestaan die vliegtuigen nog niet, maar volgens het IPCC is dat is slechts een kwestie van een paar aanpassingen aan bestaande vliegmodellen. Volgens van Bochove zou het zelfs mogelijk zijn om SO2 toe te voegen aan de brandstof van gewone vliegtuigen.

Hoewel SAI relatief goedkope technologie is, is het niet geheel onbelangrijk vanwaar dat geld dan komt. Volgens van Bochove kan dat een groep landen zijn, maar Trouet vreest voor excentrische miljardairs als Musk. “Willen we wel dat zoiets vanuit de bedrijfswereld geregeld wordt?”.

Mogelijk is de technologie té goedkoop en valt er zelfs helemaal geen winst uit te slaan. Toch vindt van Bochove dat dat geen punt mag zijn. “Ik vrees dat we ondertussen bijna niet anders kunnen dan het te proberen. Op een dag raken de fossiele brandstoffen toch wel op. Ik denk dat dat nu al een beetje begint te komen. Nederland ligt toch een eind onder de zeespiegel, dus helemaal niets doen vind ik eng.”

SAI is maar één voorbeeld van geo-engineering, en volgens Trouet  bestaan er betere technologieën. “Als je toch in iets riskant wil investeren, dan doe je dat beter in CO2-vangers. Dat is technologie die bomen nabootst, geen vulkanen.”

(mvl)

Meer