Italië heeft heel goede redenen om de ratificatie van het Comprehensive Economic and Trade Agreement (Ceta) tussen de Europese Unie en Canada te weigeren. Dat heeft Gian Marco Centinaio, Italiaans minister voor landbouw, gezegd. Volgens Centinaio doet het Europees-Canadees vrijhandelsakkoord onvoldoende om de merkbescherming van specifieke Italiaanse producten te garanderen.
De Europese Commissie zegt echter verbaasd te zijn over het Italiaanse standpunt. Betoogd wordt dat het Ceta de bescherming van tientallen Italiaanse geografische merken garandeert. Zonder het akkoord is er volgens de Economische Commissie immers geen enkele bescherming.
Herkomstbescherming
“Italië kan het vrijhandelsverdrag onmogelijk onderschrijven,” benadrukte Gian Marco Centinaio tegenover de Italiaanse krant La Stampa. “In het akkoord kan immers slechts een klein gedeelte van de Italiaanse producten op een herkomstbescherming rekenen.”
In de Europese Unie genieten 221 Italiaanse landbouwproducten een geografische merkbescherming. Geen enkele andere lidstaat van de Europese Unie kan over een even omvangrijke portfolio beschermde producten beschikken als Italië. Onder meer balsamazijn uit Modena, Siciliaanse bloedsinaasappelen, diverse soorten vlees en olie en regionale kazen zoals Grana Padano en Gorgonzola staan op de beschermde lijst.
Centinaio, lid van de rechtse partij Lega, zegt de kwaliteit van de Italiaanse producten te willen beschermen. De argwaan tegenover het Ceta blijft volgens de minister echter niet beperkt tot de Lega, want volgens hem wordt dat standpunt ook door vele andere Europese politici gedeeld.
Cecilia Malmström, Europees commissaris van handel, probeerde vorig jaar het Italiaanse publiek nog gerust te stellen over het akkoord. Daarbij had Malmström erop gewezen dat Canada 143 Europese geografisch beschermde producten, waaronder 41 van Italiaanse origine – zou erkennen.
De Europese Commissie wijst er nog op dat het Ceta 98 procent van de invoertarieven tussen de Europese Unie en Canada zal schrappen. “Het akkoord zal ook de handel en de investeringen stimuleren,” wordt er opgemerkt. “Bovendien zullen Europese bedrijven voortaan in Canada de kans krijgen om naar openbare contracten mee te dingen.”
In verschillende Europese lidstaten wordt echter gevreesd dat de Canadese import het binnenlandse bedrijfsleven zou kunnen schaden, terwijl tevens wordt aangevoerd dat de bescherming van de Europese consument dreigt te worden uitgehold. Volgens sommige studies zou het Ceta in Europa 300.000 banen kunnen schrappen en de ongelijkheid verder doen toenemen.
Goede hoop
De Europese Commissie voert echter aan dat Italiaanse bedrijven dankzij het vrijhandelsakkoord goedkoper en gemakkelijker goederen en diensten naar Canada zouden kunnen uitvoeren. Er wordt op gewezen dat momenteel al 13.147 bedrijven naar Canada exporteren. Kleine en middelgrote ondernemingen vertegenwoordigen 79 procent van die uitvoer.
Tevens wordt aangevoerd dat de Europese export naar Canada 63.000 Italiaanse banen garanderen. De Italiaanse uitvoer naar Canada bestaat onder meer uit keramiektegels, textiel, bloem, tomatensaus, groenten, meubilair en bakkerijproducten.
De waarde van de Italiaanse export naar Canada bedraagt 5,1 miljard euro per jaar. In omgekeerde richting importeert Italië jaarlijks voor 1,9 miljard euro Canadese producten en diensten.
Cecilia Malmström zegt goede hoop te hebben dat het Ceta op korte termijn door alle lidstaten van de Europese Unie zal worden geratificeerd. Op dit ogenblik is het vrijhandelsakkoord al goedgekeurd in Oostenrijk, Kroatië, Tsjechië, Denemarken, Zweden, Finland, Malta, Spanje, Portugal, Letland, Estland en Litouwen.
Ook Wallonië had twee jaar geleden al gedreigd om zich tegen de ratificatie van het Ceta te zullen verzetten.
