Fijnstof veroorzaakt ruim 300.000 voortijdige sterfgevallen per jaar in de EU

Luchtverontreiniging door fijnstof is in de Europese Unie verantwoordelijk voor 307.000 sterfgevallen per jaar, aldus het Europees Milieuagentschap (EMA).

Luchtverontreiniging is een belangrijke oorzaak van voortijdige sterfte en ziekte en is het grootste milieugerelateerde gezondheidsrisico in Europa”, lezen we in het rapport.

“Hartziekten en beroerten zijn de meest voorkomende oorzaken van voortijdige sterfgevallen die kunnen worden toegeschreven aan luchtverontreiniging, gevolgd door longaandoeningen en longkanker.” Bij kinderen kan luchtverontreiniging de ontwikkeling van de longen schaden, infecties van de luchtwegen veroorzaken en astma verergeren.

Positieve trend

De meest recente cijfers van het EMA geven het aantal sterfgevallen van 2019 weer. 307.000 mensen zouden vroegtijdig gestorven zijn door de gevolgen van fijnstof (PM2.5). Dat zijn deeltjes die kleiner of gelijk zijn aan 2,5 micrometer.

Toch is er een positieve trend te merken. Het aantal sterfgevallen als gevolg van fijnstof  werd voor 2018 geschat op 346.000. De duidelijke daling van het aantal sterfgevallen in het volgende jaar wordt deels toegeschreven aan het gunstige weer, maar vooral aan een geleidelijke verbetering van de luchtkwaliteit op het hele continent.

In het begin van de jaren negentig leidde fijnstof, dat diep in de longen doordringt, tot bijna een miljoen voortijdige sterfgevallen in de 27 lidstaten van de EU, aldus het rapport.

Sterfgevallen in België

In 2019 veroorzaakte fijnstof 6.500 vroegtijdige sterfgevallen in België. Dat is een daling met 35,6 procent ten opzichte van 2005, toen het aantal slachtoffers 10.100 bedroeg.

Polen kende in 2019 39.300 sterfgevallen, het hoogste cijfer per hoofd van de bevolking.

Hoewel de situatie verbetert, waarschuwde het EMA dat de meeste EU-landen nog steeds boven de aanbevolen verontreinigingslimieten zitten, of het nu gaat om Europese richtlijnen of ambitieuzere doelstellingen van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO).

Als de nieuwste richtlijnen van de WHO voor de luchtkwaliteit door de EU-lidstaten zouden worden gevolgd, zou het aantal sterfgevallen als gevolg van fijnstof in 2019 volgens een rapport van het EMA met de helft kunnen worden teruggebracht.

Stikstof en ozon

Naast fijnstof spreekt het EMA-rapport zich ook uit over stikstofdioxide (NO2) en ozon (O3).

Het aantal sterfgevallen door stikstofdioxide in de EU – voornamelijk veroorzaakt door auto’s, vrachtwagens en thermische centrales – bedroeg in 2019 40.000, waarvan 750 Belgen. 16.800 mensen, waarvan 270 Belgen, stierven aan de gevolgen van ozon.

“Relatief gezien, wanneer wordt gekeken naar het aantal verloren levensjaren per 100.000 inwoners, worden de grootste risico’s waargenomen in Midden- en Oost-Europese landen voor fijnstof, in Midden- en Zuid-Europese landen voor stikstofoxide, en in Zuid- en Oost-Europa voor ozon”, aldus het EMA.

De noordelijke en noordwestelijke delen van Europa ondervinden de laagste impact van luchtverontreiniging.

(evb)

Meer