Er tekent zich een duidelijk verschil af tussen Europese en Amerikaanse energiebeleggers: eerstgenoemde zouden meer nadenken over duurzame doelstellingen, terwijl laatstgenoemde “gewoon de beste bedrijven in een sector willen bezitten”.
Amerikaanse beleggers slaan gretig Europese olie-aandelen in: “Willen de beste bedrijven in een sector bezitten”

Waarom is dit belangrijk?
Doordat de torenhoge olie- en aardgasprijzen hun winsten opdreven, zagen de meeste energiebedrijven dit jaar hun beurskoersen exploderen. Maar de prestaties zijn uiteenlopend per regio. Zo is de subindex energie van de Amerikaanse S&P 500 er in 2022 met maar liefst 53 procent op vooruitgegaan; dat is meer dan het dubbele van het stijgingspercentage van 18 procent bij de gelijkaardige subindex van de Europese Stoxx 600.In het nieuws: In de VS scheren de beurskoersen van de ‘supermajors’ in de olie-industrie, Chevron en ExxonMobil, dit jaar hoge toppen. Zo ging Chevron er sinds 1 januari 44 procent op vooruit, en klom ExxonMobil maar liefst 63 procent. Bij de Europese oliereuzen BP en Shell is de koersklim ook aanzienlijk, al is die net iets kleiner dan bij de Amerikaanse concurrenten.
- Net dat verschil in waardering tussen de Europese en Amerikaanse industrietitanen bekoort energiebeleggers wier portfolio doorgaans geen blootstelling heeft aan Europese bedrijven, schrijft de Financial Times (FT).
- Zo werd BP, dat noteert aan de Londense beurs, recentelijk de op één na grootste participatie in het dividendfonds van 19 miljard dollar van Amerikaanse beleggingskolos BlackRock.
- “Beleggers in de VS staan meer open voor energiebeleggingen dan fondsbeheerders in Europa”, laat Tony DeSpirito, chief investment officer van BlackRock, die het dividendfonds beheert, optekenen door de FT.
VS versus Europa
Achtergrond: “In Europa zijn aandeelhouders minder vriendelijk voor olie- en gasbedrijven”, meent Fred Fromm, portefeuillebeheerder bij investeringsmaatschappij Franklin Templeton.
- Een voorbeeld van zo’n fossiele brandstof-kritische vermogensbeheerder is het Britse M&G Investments. Die investeringsgroep brengt elk jaar een rapport uit over de globale vooruitgang van de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen van de VN. Een doelstelling waarbij volgens M&G geen vooruitgang is geboekt, behelst ‘betaalbare en schone energie’.
- “Daarbij kijken we naar een vrij eenvoudige maatstaf, namelijk hoeveel van het globale energiesysteem hernieuwbaar is versus hoeveel niet-hernieuwbaar”, stelde Ben Constable-Maxwell, hoofd Impact Investing, tegenover deze site.
- “In het afgelopen jaar moeten we elk jaar significante verbeteringen zien als we het Klimaatakkoord van Parijs willen respecteren of als we de wereldeconomie koolstofvrij willen maken. Het gebruik van hernieuwbare energie is vorig jaar gedaald en dit jaar is het gelijk gebleven. Het moet elk jaar met twee procentpunten stijgen”, klinkt het.
- Hoewel Fromm benadrukt dat ook Amerikanen milieufactoren wel belangrijk vinden, gaat het bij hen meer “om het bezitten van de beste bedrijven in een sector, versus het denken over ‘duurzaamheid’ om al dan niet te investeren in een bedrijfstak, wat in Europa veel meer voorkomt”.
(kg)