De EU vraagt aan de lidstaten om de Europese binnengrenzen tegen maandag zoveel mogelijk te openen, ‘zonder beperkingen’. Vanaf juli wil de Europese Commissie dan ook de buitengrenzen geleidelijk aan openen. 

De coronavirusuitbraak dwong de EU midden maart om, samen met landen zoals Zwitserland Noorwegen en IJsland, een algemene reisbeperkingen in te voeren. In de praktijk gingen zowel de binnen- als de buitengrenzen van het handelsblok op slot voor niet-essentiële reizigers.

Twee maal werden die beperkingen een maand verlengd, waardoor ze op 15 juni zouden aflopen. 

Open grenzen

Vandaag raadt de Europese Commissie in een persbericht Schengenlanden aan om de interne grenzen zoveel mogelijk te openen. Vlak voor de bijhorende persconferentie lieten Portugal en Spanje wel al weten dat ze hun grenzen niet voor 30 juni openen.

Voor reizen naar de EU van elders worden de beperkingen nog één keer verlengd tot eind juni, vanaf dan zouden ze ‘geleidelijk’ aan moeten worden opgeheven.

‘De beperkingen moet worden opgeheven voor landen die door de lidstaten worden geselecteerd, op basis van een reeks basisregels en objectieve criteria, waaronder de gezondheidssituatie, de mogelijkheid om afstandsmaatregelen toe te passen tijdens het reizen en mogelijkheden tot wederkerigheid’, staat in het persbericht te lezen. Dat laatste betekent dat EU-burgers evengoed naar dat land mogen reizen. 

‘Reizen is cruciaal’

‘Internationale reizen zijn cruciaal voor toerisme en zaken, en voor de verbinding tussen familie en vrienden’, zegt Europees commissaris voor Binnenlandse Zaken Ylva Johansson. 

‘Hoewel we allemaal voorzichtig moeten blijven, is het tijd om concrete voorbereidingen te treffen voor het opheffen van beperkingen met landen met een gezondheidssituatie die vergelijkbaar is met die van de EU en voor het hervatten van visumoperaties’, gaat ze verder. 

Specifiek noemde Johansson Albanië, Bosnië-Herzegovina, Kosovo, Montenegro, Noord-Macedonië en Servië als landen die vanaf 1 juli terug reizigers naar de EU mogen sturen. ‘Indien de epidemiologische situatie even goed of beter is als die van de EU’, benadrukte ze. Over landen buiten Europa heeft ze nog geen advies gegeven.