In 2021 werd zo’n 17,4 gigawatt aan windmolenparken bijgebouwd in Europa, 11 GW daarvan is gebouwd in lidstaten van de EU-27. Daarmee is 2021 een recordjaar voor de uitbouw van windenergie. Maar als de Europese Unie zijn klimaatdoelstellingen wil bereiken, zal het een tand bij moeten steken.

Ondanks dat goede nieuws voor voorstanders van hernieuwbare energie, is de organisatie WindEurope allesbehalve tevreden met die cijfers. Volgens hen levert de Europese Unie momenteel te weinig inzet om de klimaatdoelstellingen van 2030 te halen.

“Ieder jaar moet 30 GW gebouwd worden”

“Om het doel van 40 procent hernieuwbare energie te halen tegen 2030, zou de Europese Unie ieder jaar 30 GW aan windmolenparken bij moeten bouwen. Vorig jaar werd echter slechts 11 GW bijgebouwd, en de komende vijf jaar wordt die capaciteit met slechts 18 GW per jaar uitgebreid“, zegt WindEurope-CEO Giles Dickson. “Die lage volumes ondermijnen de Europese Green Deal en schaden de Europese leveringsketen van windenergie.”

Hoewel de huidige plannen van de Europese Green Deal voorzien dat tegen 2030 minstens 32 procent van de elektriciteit opgewekt in de EU van hernieuwbare energiebronnen komt, liggen plannen op tafel om die ambitie op te krikken tot 40 procent. Het hogere aandeel van hernieuwbare energie moet mee helpen om de CO2-uitstoot in de Unie met 55 procent te doen dalen ten opzichte van het niveau uit 1990.

Vergunningen en toeleveringsketens

Volgens de organisatie ligt het niet aan een gebrek aan ambitie van de lidstaten, maar eerder aan de overbodige complexiteit van de vergunningen die nodig zijn om windmolens te bouwen. “De meeste EU-landen hebben ambitieuze nationale doelen om het aandeel van windmolens in hun energiemix uit te breiden. Maar vergunningen blijven de voornaamste flessenhals.” De regels voor vergunningen zouden volgens WindEurope te complex zijn, de procedures duren te lang en de vergunningsautoriteiten kampen met een personeels- of informaticatekort.

Daarnaast bezorgen de problemen in de wereldwijde toeleveringsketens de windmolenindustrie kopzorgen. Zo krijgen de producenten met hogere prijzen voor staal en andere productiefactoren te maken.

“De Europese windmolenindustrie verliest geld, moet fabrieken sluiten en jobs schrappen – terwijl dit net een groei-industrie moet zijn om aan de gigantische expansie van windenergie waar Europa op uit is te beantwoorden”, gaat Dickson voort. “Als dit zo blijft doorgaan, komt niet alleen de Green Deal in nauwe schoentjes, maar zullen Europa’s toekomstige energievoorraden ook in het gedrang kunnen komen.”

Windmolenparken in Europa zouden in 2021 zo’n 437 terawattuur aan elektriciteit opgewekt hebben, dat zou goed zijn voor 15 procent van de totale vraag in de EU en het VK. Het Verenigd Koninkrijk, Zweden, Duitsland, Turkije en Nederland zouden respectievelijk de meeste nieuwe windmolenparken gebouwd hebben. Zweden doet het daarin het best op het vlak van onshore windmolenparken, terwijl het VK de kampioen is wat offshore windmolenparken betreft.

(evb)