Na een ware uitputtingsslag van 4 dagen en 4 nachten hebben de lidstaten alsnog de neuzen in dezelfde richting gekregen over het herstelfonds en de meerjarenbegroting. Het pakket is minder ambitieus dan het initiële voorstel – er moest veel water bij de wijn gedaan worden om iedereen mee aan boord te krijgen – maar de deal valt toch op door enkele primeurs.
Dat de Europese Commissie schulden kan aangaan in naam van alle lidstaten is een enorme stap voorwaarts in het Europese integratieproces. En een groot deel van dat geld wordt uitgedeeld aan de lidstaten die het hardst getroffen zijn door de coronacrisis in de vorm van subsidies, die niet moeten terugbetaald worden, en niet in de vorm van leningen zoals gebruikelijk is.
Het herstelfonds zal 750 miljard euro bevatten. Daarvan zijn 390 miljard euro subsidies, en 360 miljard wordt verdeeld in de vorm van leningen die moeten terugbetaald worden.
Heikele punten
Het aanvankelijke voorstel van de commissie voorzag 500 miljard euro als subsidies en 250 miljard euro aan leningen, maar Nederland, Oostenrijk, Denemarken, Zweden en Finland konden daar niet mee leven. Zij zagen liefst dat minstens de helft van het steunpakket terugbetaald werd. Voor een deel hebben zij dus hun slag thuisgehaald.
Het totaalbedrag van het herstelfonds was volgens de zogeheten ‘vrekkige vijf’, allemaal netto-bijdragers, nog steeds te hoog. Ook wilden ze een veto kunnen uitspreken over specifieke subsidies als de betreffende lidstaat geen hervormingen doorvoerde om de economie ‘fundamenteel te versterken’. Beide zaken hebben de zuinigen niet kunnen bemachtigen, maar hun zegen werd afgekocht met een fikse korting op hun bijdrage aan de Europese Unie.
Een ander heikel punt was dat de steun voorwaardelijk moest zijn aan het respecteren van de principes van de rechtstaat. Daar lagen vooral Polen en Hongarije dwars, waar de scheiding der machten en de onafhankelijkheid van de media onder druk staan. De link met de rechtstaat heeft de finale tekst wel gehaald, maar danig afgezwakt in vergelijking met de initiële voorstellen.
Meerjarenbegroting en klimaat
Het waren blijkbaar zeer moeilijke onderhandelingen. Het akkoord vereiste namelijk de unanieme goedkeuring van de 27 lidstaten. Volgens waarnemers werd er verschillende keren op tafel geklopt en is bijvoorbeeld Franse president Emmanuel Macron minstens één keer boos de kamer uitgestormd wegens de onbuigzaamheid van de frugale lidstaten.
‘Af en toe kunnen we botsen, maar iedereen kan daarmee om, we zijn allemaal professionals’, zei Rutte daarover na afloop van de bijeenkomst.
‘Ik ben zeer opgelucht’, zei Duits Bondskanselier Angela Merkel en bezieler van het initiële voorstel achteraf. ‘We hebben een antwoord kunnen formuleren op de grootste crisis die de EU ooit moest trotseren.’
Het herstelfonds van 750 miljard euro maakt deel uit van de Europese meerjarenbegroting van 2021-2027, in totaal gaat het om een bedrag van 1.824 miljard euro. Volgens het akkoord moet een derde van dat geld geïnvesteerd worden in projecten die bijdragen tot de strijd tegen de klimaatverandering. Als algemeen principe moeten alle EU-uitgaven in overeenstemming zijn met de doelstellingen van het Klimaatakkoord van Parijs. Een nobele gedachte, maar het wordt zeer moeilijk om dat strikt na te leven.
Belgische kosten en baten
Voor België was het belangrijk om steun te verkrijgen om de brexit-klap te verzachten. Er zal effectief een Brexit Adjustment Fund van 5 miljard euro worden opgericht om de landen en sectoren te helpen die het hardst worden getroffen door het vertrek van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie. ‘Dit fonds vormt dus een zeer waardevolle zuurstofbel voor onze economie’, reageert premier Wilmès in een persbericht. Hoe groot het Belgisch deel van die taart is, is wel nog niet duidelijk.
Ook positief voor ons land is dat het deel van de op ons grondgebied geïnde douane-inkomsten dat naar onze schatkist gaat, groter wordt, van 20 naar 25 procent.
Daarbij werd geknipt in de landbouwprogramma’s van de meerjarenbegroting.
Minder positief is het feit dat er gesnoeid wordt in de Europese landbouwprogramma’s van de meerjarenbegroting. Gezien onze sterke agrarische traditie is dat een tegenslag voor ons land. De Boerenbond klaagt in een reactie aan dat landbouwers met minder steun ambitieuzere milieudoelstellingen moet verwezenlijken.
De premier vermoedt dat de Europese ambities ons land de komende jaren 1,16 miljard per jaar zullen kosten. Aan de andere kant worden de opbrengsten voor de belangrijkste programma’s geschat op 18,3 miljard. ‘België is als kleine, open economie één van de grootste begunstigden van de interne markt’, aldus premier Wilmès.
Volgens federaal minister van Europese Zaken Koen Geens is de vertrouwensboost die dit akkoord aan de Europese economie kan geven, nog belangrijker dan het geld op zich. ‘Los van bedragen is vooral de wil om samen deze crisis aan te pakken de grootste overwinning. Onze economieën zijn te veel met elkaar verbonden om apart te werken’, laat hij weten via Twitter.