Einde internetvrijheid Iran in zicht?

Iran komt met mondjesmaat terug online na een totale internetblokkade van overheidswege die meer dan een week duurde. Het is mogelijk dat Iraniërs uit hun online slaap wakker worden met een internet dat nog meer beperkingen kent dan voordien.

Het internet wordt gezien als een baken van vrije meningsuiting en open communicatie. Op zaterdag 16 november was Iran een casestudy van waarom die aanname een verzinsel van onze verbeelding is.

Toen op 15 november de brandstofprijzen in Iran plots verdrievoudigden door overheidsinterventie braken er hevige rellen uit. Het regime reageerde op zijn beurt met bloedige repressie.

Volgens waarnemers braken in 100 steden protesten uit. Onmiddellijk nadat de onrust begon heeft de netwerkoperator van de Iraanse overheid een proces in gang gezet om de demonstraties in de kiem te smoren. De navelstreng die protestbewegingen wereldwijd voedt werd volledig afgesloten: het internet.

Onderdrukking zonder solidariteit of verantwoording

‘Door het internet uit te schakelen zorgt het regime ervoor dat Iraniërs geen video’s naar buiten krijgen van het overheidsgeweld’, zegt Mehdi Yahyanejad, een Iraanse cyberveiligheidsexpert en directeur van NetFreedom Pioneers. ‘Het wil voorkomen dat er over de demonstraties geschreven wordt in de internationale pers. Uiteraard willen ze betogers ook isoleren van elkaar, zodat verdere protesten niet kunnen gecoördineerd worden.’ Telefoon en sms werken wel nog, maar worden zwaar gemonitord. ‘Zo ontstaat een situatie waar er onderdrukking is zonder solidariteit en zonder dat het regime verantwoording moet afleggen voor zijn daden’, gaat Yahyanejad verder.

De onlusten van de afgelopen week boden ook de perfecte gelegenheid voor het regime om het Nationaal Informatie Netwerk (NIN) uit te testen. Dat is een afgesloten versie van het internet, vergelijkbaar met China’s ‘Great Firewall’. Op het NIN worden digitale platformen zoals websites gehost op servers die zich in Iran bevinden. Het komt neer op een gesloten, binnenlands internet dat geïsoleerd kan worden van de rest van de wereld.

Daarnaast kan het nationale internet inhoud blokkeren of filteren volgens de strenge persvoorschriften van Iran. De overheid kan valse informatie verspreiden en toegang krijgen tot online communicatie van Iraanse gebruikers voor surveillance.

Zo zijn de ayatollahs zijn erin geslaagd om een bevolking van 81 miljoen af te sluiten van het globale internet, en tegelijkertijd banken, overheidsinstellingen en ziekenhuizen draaiende te houden. Die systemen gebruiken het NIN.

‘Het regime ging uit van de principes van het postbedeelsysteem’, legt Yahyanejad uit. Nationaal en internationaal postverkeer worden ook gescheiden gehouden.

Volledige internetblokkade

Afgelopen jaren zette de overheid Iraanse bedrijven onder druk om hun binnenlandse operaties naar het NIN over te schakelen. Op het NIN zijn nu industriële diensten, bankenplatforms en chat apps beschikbaar, Allemaal strak gemonitord door de overheid. Ondernemingen uit de VS die internetdiensten aanboden, zoals Amazon Web Services of Google Cloud, moesten hun contracten met Iraanse bedrijven opzeggen door de zware sancties die president Trump vorig jaar aan Iran oplegde. Daardoor moesten die bedrijven noodgedwongen hun toevlucht zoeken tot het interne netwerk van de Islamitische Republiek.

Internetwaakhonden Netblocks en Netfreedom Pioneers melden dat ziekenhuizen, financiële software en zelfs Snapp (De Iraanse versie van Uber) tijdens de blokkade bleven functioneren. Ook de hoge piefen van het regime konden zonder problemen verder tweeten.

Het is de allereerste keer dat een overheid erin slaagt om een volledig land met een moderne internetinfrastructuur volledig te isoleren.

Meer censuur

Zaterdagavond begon een klein deel van het netwerk zich te herstellen. Zondagmorgen, na een blokkade van meer dan zeven dagen of 183 uur, was zo’n 84 procent van het netwerk terug online. Het mobiele datanetwerk (4G) was nog steeds niet beschikbaar. Netblocks berekende dat de economische impact van een week zonder internet zo’n 272 miljoen dollar per dag heeft gekost. Dat cijfer is gebaseerd op het aandeel van Irans Informatietechnologiesector in de binnenlandse productie. De internetblokkade duurde zeven dagen.

Er is een goede kans dat Iraniërs in de nabije toekomst minder internetvrijheid zullen kennen dan ze tot nog toe hadden, denkt kenner Yahyanejad. ‘Het is mogelijk dat ze de beperkingen gaan verhogen.’ Instagram is een belangrijk venster op Westerse wereld voor Iraniërs, volgens hem is het mogelijk dat ze dat gaan blokkeren. Ook Google Play is nog steeds niet toegankelijk voor de Iraniërs die terug online geraken.

De procureur-generaal van Iran, Mohammad Montarzi, staat aan het hoofd van een commissie dat het internetbeleid van Iran bepaalt. Hij stuurt al jaren aan op meer online restricties. Hij zat achter het verbod op de populaire chatapp Telegram. Ook de Minister van ICT Jahromi heeft al verschillende keren laten vallen dat er meer censuur moet zijn.

Halalnet

De Islamitische Republiek bouwt al meer dan tien jaar aan het Nationaal Informatie Netwerk, of Halalnet zoals het ook genoemd wordt. Onder president Ahmadinejad werden hooggeplaatste overheidsfunctionarissen in het bestuur geplaatst van het staatsbedrijf dat de Telecominfrastructuur beheert in Iran. Toen werd het zogenaamde project SHOMA opgestart. Na jaren van vertragingen en technische problemen kondigde het regime in 2016 aan dat het een geïsoleerd binnenlands intranet opgericht had.

De officiële verklaring luidde dat het diende om het risico op cyberaanvallen te beperken, Islamitische webinhoud te promoten en om het digitaal bewustzijn van de bevolking te verhogen.

Mensenrechtenactivisten waarschuwden toen al dat SHOMA het land nog verder van de buitenwereld zou isoleren en dat het vrijheid van meningsuiting online aan banden zou leggen. Ook Yahjanejad trekt al jaren aan de alarmbel. ‘Het doel van het project was van in het begin om het internet aan banden te leggen, naar Chinees voorbeeld’, beweert hij.

In 2009 kwamen Iraniërs ook massaal op straat met de zogenaamde ‘Groene Beweging’ om te protesteren tegen corruptie bij de presidentsverkiezingen. SHOMA werd toen voor de eerste keer ingeschakeld om de bandbreedte te beperken. Internet werkte wel nog, maar tergend traag. Sindsdien heeft de overheid van elke protestgolf gebruik gemaakt om zijn capaciteit om online communicatie te verstikken aan te scherpen. Bij betogingen die uitbraken eind 2017 werden specifieke diensten zoals Instagram en Telegram geblokkeerd. Toen werd de internettoegang van de Iraanse bevolking ook verstoord op bepaalde momenten.

De totale internetblokkade van afgelopen week toont aan dat de capaciteit van de overheid om online informatie te controleren de laatste jaren exponentieel gegroeid is.

De blokkade is niet enkel een triestige mijlpaal voor Iran, het is één van de meest complexe voorbeelden van internetcensuur ter wereld ooit.

Bloedige repressie

Ondertussen likken Iraniërs hun wonden. Beelden komen naar buiten van sluipschutters die demonstranten vanop daken beschieten. Amnesty International heeft 106 dodelijke slachtoffers bevestigd, maar schat dat het echte aantal een pak hoger ligt. De lichamen van gesneuvelde betogers worden door de overheid niet vrijgegeven om die rapportering te bemoeilijken. Volgens het mensenrechtencomité van de Verenigde Naties werden zo’n 1.000 protesteerders opgepakt.

Het internet is terug online, maar de repressie houdt aan. De autoriteiten maken geen geheim van hun voornemen om de demonstranten hard te straffen. In Iraanse staatsmedia laat een commandant van de veiligheidstroepen optekenen: ‘De gearresteerde opstandelingen zullen dezelfde wreedheid ondergaan die zij aan hun vaderland getoond hebben.’ Een hoge geestelijke zei tijdens het vrijdaggebed in de hoofdstad Teheran: ‘Het zijn anarchisten die de doodstraf verdienen.’

‘Speciale’ rechters zullen die van de rechtbanken versterken. Lokale mensenrechtenadvocaten vrezen voor openbare executies om toekomstige protesten te ontmoedigen. Nooit eerder in de geschiedenis van de Islamitische Republiek van Iran werd politieke onrust op zo’n bloederige manier de kop ingedrukt.

Meer