Na een recordkrimp in het voorjaar leek het de voorbije twee maanden alsof de economie van de eurozone de weg naar het herstel had aangevat. Een veel bekeken graadmeter van de activiteit, de inkoopmanagersindex (PMI), toont echter dat het momentum in augustus werd gebroken.

De PMI-index werd vrijdagochtend vrijgegeven door onderzoeksbureau IHS Markit. Daaruit blijkt dat het economisch herstel van de eurozone de voorbije maand sputterde, vooral in de dienstensector. De vraag nam af naarmate versoepelingen werden teruggeschroefd door hernieuwde uitbraken van het coronavirus.

Vraag geraakt door heropflakkering

Door heropflakkeringen doorheen de zone wordt de hoop op een V-vormig herstel – een korte, diepe recessie gevolgd door een scherp herstel – steeds kleiner.

De samengestelde inkoopmanagersindex wordt gezien als een goede graadmeter voor de economische gezondheid. In augustus is die gedaald tot 51,6, komende van 54,9 in juli.

Dat is nog steeds boven die referentiewaarde van 50. Alles onder 50 duidt op een krimp van de economie, alles erboven op groei. Maar het was wel ver onder alle verwachtingen van analisten.

Dienstensector en industrie

Vooral de groei van de dienstensector, het dominante segment in de eurozone, liep de voorbije maand vast. De PMI van de dienstensector kelderde van 54,7 naar 50,1, ver onder de prognoses van economisten, die een kleine dip naar 54,5 voorspelden.

De terugval zorgde ervoor dat dienstenbedrijven ook het personeelsbestand terugschroefden. De werkgelegenheidsindex daalde van 47,9 naar 47,7.

De industrie werd van in het begin van de pandemie veel minder getroffen dan de dienstensector. Ook de voorbije maand had de industriële activiteit in de eurozone minder te lijden van de hernieuwde uitbraken. De PMI stond in augustus op 51,7, een kleine daling van de 51,8 vorige maand.

Het zal twee jaar of langer duren eer we een volledig herstel zien van de diepste recessie die de eurozone ooit meemaakte, blijkt uit een Reuters-enquête onder economen die gisteren gepubliceerd werd.