De Amerikaanse dollar steeg maandag naar zijn hoogste peil in bijna twee jaar tegenover het gemiddelde van tien andere wereldmunten. Als de olie- en gasmarkten verder ontwricht raken door de oorlog in Oekraïne, zal dat nog meer in het voordeel van de greenback spelen, zeggen wisselmarktexperten.
Er zijn verscheidene verklaringen voor de recente klim van de dollar:
- De Amerikaanse munt is traditioneel een vluchtbelegging in onzekere geopolitieke tijden. Er is al veel inkt gevloeid over een mogelijk einde van de hegemonie van de greenback, maar vooralsnog blijft de dollar ’s werelds meest gebruikte reservemunt.
- De dollar is ook de aankoopmunt voor twee andere traditionele financiële toevluchtsoorden, goud en Amerikaans staatspapier. De goudprijs sprong de voorbije dagen over de kaap van 2.000 dollar per ounce, wat wijst op een toenemende vraag.
- Omdat de aandelenmarkten het slecht doen, is er ook meer vraag naar cash in dollars om tijdelijk vermogens in te parkeren.
Euro onder druk
De sterkere dollar is ook het spiegelbeeld van de zwakkere euro. Een euro was een week geleden nog 1,11 dollar waard en zakte maandag even tot 1,03 dollar, om daarna weer te herstellen. De economen van ING denken dat de euro de komende tijd onder druk zal blijven staan, zo schrijven ze dinsdag, en misschien zal stabiliseren rond 1,06 dollar, het laagste peil sinds 2020.
Opnieuw spelen verscheidene factoren mee. De Oekraïne-crisis is geografisch nabijer voor de eurozone dan voor de Verenigde Staten en Europese aandelen lijken op dit ogenblik nog minder aantrekkelijk dan Amerikaanse.
Maar bovenal: de Verenigde Staten zijn grotendeels energie-onafhankelijk en Europa niet. Als Rusland zijn dreigement zou waarmaken om de gaskraan dicht te draaien en/of de Verenigde Staten doorzetten met een boycot van Russische olie, dan oogt Europa veel kwetsbaarder dan de VS, en dat zal zich vertalen in de waardeverhouding tussen euro en dollar.
Koopkrachtverlies
Conclusie: de vlucht richting Amerikaanse dollars zal wellicht nog een tijdje aanhouden, terwijl de euro verdere klappen dreigt te krijgen.
Dat is goed nieuws voor de Europese exporteurs, omdat hun goederen goedkoper worden voor kopers buiten de eurozone. Maar voor de Europese gezinnen gaat het – zeker voor wie veel import van buiten de eurozone koopt – om een bijkomende erosie van hun koopkracht, die al onder druk staat door de oplopende inflatie.
(mah)