Cybercriminaliteit in opmars tijdens coronacrisis

Het aantal gevallen van cybercriminaliteit is tijdens de coronacrisis stevig toegenomen, blijkt uit een rapport van het Europese Agentschap voor Cyberveiligheid (ENISA).

Het komt volgens ENISA als geen verrassing dat cybercriminelen munt slaan uit de coronacrisis. Het toenemend aantal mensen dat thuiswerkt biedt opportuniteiten voor criminelen die erg bedreven zijn in het digitaal oplichten van mensen.

‘Daarenboven hebben de cybercriminelen zich heel snel kunnen aanpassen aan die nieuwe realiteit, waardoor ze heel gericht bepaalde mensen kunnen bestoken’, laat ENISA weten.

Plotse overschakeling naar telewerk

Volgens ENISA zijn niet alle bedrijven optimaal gewapend tegen cybercriminaliteit. ‘Door de plotse omschakeling naar telewerken hebben niet alle bedrijven hun infrastructuur kunnen aanpassen aan de nieuwe manier van werken. Daardoor ontstaan er gaten in de beveiliging waar criminelen maar al te graag misbruik van maken’, klinkt het.

Voorts benadrukt ENISA dat veel incidenten onopgemerkt blijven of pas veel later worden opgespoord. Het agentschap vreest dan ook dat het aantal gevallen van cybercriminaliteit nog zal toenemen.

Malware meest gebruikte techniek

De meeste gebruikte oplichtingstechniek is volgens ENISA de installatie van malware. Dat is een software die gebruikt wordt om in te breken op uw computer en gevoelige informatie te stelen. Het percentage malware dat gericht is op bedrijven steeg met dertien procent.

Internetaanvallen en phishing vervolledigen de top 3. In dat laatste geval probeert de crimineel uw logingegevens te bemachtigen. ENISA constateert verder dat het aantal gevallen van cyberpesten in de lift zit, voornamelijk bij jongeren. Ook dat zal nog verder toenemen, vreest het agentschap.

Uit een rapport van het beveiligingsbedrijf Agari blijkt dan weer dat CEO-fraude aan een stevige opmars bezig is.

Meer