Onder invloed van de coronapandemie zijn in de creatieve sector twee jaar geleden wereldwijd tien miljoen banen verloren gegaan. Door de toenemende digitalisering van de culturele productie is het voor kunstenaars bovendien moeilijker dan ooit voordien om in hun levensonderhoud te voorzien. Dat staat in een rapport van de Unesco, de culturele afdeling van de Verenigde Naties.
Het rapport merkt op dat kunstenaars het steeds moeilijker vinden om in hun levensonderhoud te voorzien. Nochtans maken ze deel uit van een van de snelst groeiende sectoren van de wereldwijde economie.
Ongekende crisis
“Het virus Covid-19 heeft in de culturele sector tot een ongekende crisis geleid”, zegt Audrey Azoulay, directeur-generaal van Unesco. “Over de hele wereld hebben musea, bioscopen, theaters en concertzalen hun deuren moeten sluiten.”
“Vele kunstenaars werden voordien al met zware problemen geconfronteerd, maar zijn door de uitbraak van de coronapandemie in een onhoudbare situatie terechtgekomen. Dat bedreigt echter ook de creatieve diversiteit.”
“De culturele en creatieve sector behoort tot de snelst groeiende economische activiteiten van de wereld”, merkt het rapport op. “Maar tegelijkertijd blijkt de sector ook bijzonder kwetsbaar. Hij wordt bovendien vaak door publieke en private investeringen over het hoofd gezien.”
“Ook de jaren voor de uitbarsting van de coronacrisis toonden de overheidsuitgaven voor de creatieve industrieën al een daling. De uitbraak van de pandemie heeft in die sectoren tot een ineenstorting van de inkomsten en de werkgelegenheid geleid.”
“Vele creatieve industrieën die door de beperkende maatregelen van de pandemie waren getroffen, konden weliswaar op noodhulp van nationale en lokale overheden rekenen, maar toch heeft de waarde van de sector twee jaar geleden een inkrimping met 750 miljard dollar gekend.”
Het rapport roept de regeringen op om kunstenaars en culturele professionals dezelfde arbeidsbescherming te bieden als de rest van de beroepsbevolking. Daarbij wordt tevens de invoering van een minimumloon, een beter pensioen en een ziekteverzekering voor freelancers gevraagd.
“Zelfs in landen met een socialezekerheidsregeling voor freelancers of zelfstandigen – die een groot deel van de beroepsbevolking van de creatieve economie uitmaken – blijkt een groot gedeelte van de betrokkenen niet voor een vergoeding in aanmerking te komen”, luidt het daarbij.
Digitalisering
Tegelijkertijd wordt opgemerkt dat sinds de uitbraak van de pandemie ook de digitalisering verder aan belang heeft gewonnen. “Digitale toepassingen kregen een centrale positie bij de creatie, productie en distributie van culturele producten en bij de toegang tot culturele evenementen”, voert het rapport aan.
“Onder deze invloed konden de onlinemultinationals hun positie consolideren en werden de ongelijkheden in de toegang tot het internet nog groter. Voor de meeste kunstenaars leverde de digitale omgeving niet genoeg inkomsten op om een professionele carrière te ondersteunen.”
In het rapport wordt nog opgemerkt dat er actie nodig is om de kloof in de waarde van streaming aan te pakken. “Streamingplatformen halen beduidend meer inkomsten uit de creatieve inhoud die wordt geboden”, benadrukken de onderzoekers. “Maar de partijen die deze content creëren houden daaraan nagenoeg geen enkel voordeel over.”
Ernesto Ottone, adjunct-directeur-generaal cultuur bij de Unesco, maakt daarbij gewag van een paradox. “De wereldwijde consumptie van culturele content is toegenomen, maar de producenten van deze producten ervaren steeds meer moeilijkheden om hun werk te kunnen doen.”
“We moeten bekijken op welke manier een duurzame en inclusieve werkomgeving kan worden uitgebouwd voor culturele en artistieke professionals die een vitale rol spelen voor de samenleving over de hele wereld.”
(am)