De wereldwijde banksector dreigt eind volgend jaar door de coronacrisis met een gecombineerd kredietverlies van 2.100 miljard dollar geconfronteerd te worden. Dat zegt een studie van het ratingbureau S&P Global. Dit jaar wordt er een verlies van 1.300 miljard dollar verwacht. Dat is meer dan een verdubbeling tegenover de schade die vorig jaar moest worden gemeld.
‘Ongeveer 60 procent van alle verliezen zal waarschijnlijk in de regio Asia-Pacific liggen,’ zeggen de analisten. ‘De snelste groei daarentegen moeten in Noord-Amerika en West-Europa worden verwacht. In die regio’s zal de schade ruimschoots het dubbele van vorig jaar bedragen.’
De onderzoekers wijzen erop dat de tweehonderd grootste banken van de wereld verantwoordelijk zijn voor ongeveer twee derde van alle kredieten die wereldwijd door de sector worden uitgeschreven.
Geraamd wordt dat deze banken door kredietverliezen dit jaar ongeveer 75 procent van hun winsten zouden kunnen ondermijnen. Volgend jaar zou die schade volgens het rapport tot ongeveer 40 procent terugvallen.
China
Volgens S&P Global zou de regio Asia-Pacific volgend jaar 1.200 miljard dollar verliezen voor zijn rekening nemen. China zou driekwart van die schade moeten dragen.
‘Het Chinese banksysteem is ongeveer even groot als de gezamenlijke sector van de Verenigde Staten, Japan, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk,’ betogen de analisten. ‘Bovendien heeft het banksysteem in China ook een grotere rol in de kredietverstrekking aan de nationale economie dan in de andere landen.’
In Noord-Amerika wordt een schade van 366 miljard dollar verwacht, gevolgd door West-Europa (228 miljard dollar), Oost-Europa, het Midden-Oosten en Afrika (142 miljard dollar) en Latijns-Amerika (131 miljard dollar).
‘Indien de impact van de pandemie zwaarder zou blijken of langer zou aanhouden dan volgens de economische prognoses wordt verwacht, dreigt een combinatie van hogere kredietverliezen en lagere winsten de druk op de wereldwijde bankensector nog te zullen opvoeren,’ waarschuwen de analisten.