Zowel Tencent als Alibaba zagen hun marktwaarde fors afnemen onder druk van Peking en Washington.
Geen enkel Chinees bedrijf staat sinds 17 december nog binnen de top 10 meest waardevolle ondernemingen ter wereld. Zowel techbedrijf Tencent Holdings als e-commercetitaan Alibaba zijn onlangs uit de gerenommeerde opsomming verdwenen.
Eind 2020 stonden Tencent en Alibaba nog respectievelijk zevende en negende in die lijst, staat te lezen in de tabellen van gegevenssite QUICK-FactSet. Tencent mocht in februari van dit jaar zelfs de zesde plaats bekleden. Sindsdien heeft het techbedrijf zo’n 40 procent van zijn marktkapitalisatie verloren, dankzij de strenge beteugeling van de sector in het land door Peking. Vorige week vrijdag moest Tencent het zelfs doen met de 11de plaats.
Opmerkelijke nieuwkomer in de top tien
De huidige top 10 ziet er als volgt uit:
Vooral Amerikaanse techgiganten domineren natuurlijk deze lijst, met Apple en Microsoft op kop. Google-moederbedrijf Alphabet en het Saoedische staatsoliemaatschappij Saudi Aramco strijden momenteel nog voor de derde plaats. De volgende plaatsen worden ingenomen door Amazon, Tesla, Meta en chipmaker Nvidia. Berkshire Hathaway, het conglomeraat van legendarisch belegger Warren Buffett, komt momenteel op de negende plaats.
Opvallend is nieuwkomer TSMC, die Tencent uit de top tien kon kegelen. De Taiwanese chipmaker van ultrakleine semiconductors (in theorie kan het al chips maken die kleiner dan 1 nanometer zijn) won dit jaar aan heel wat belang tijdens de wereldwijde chipdroogte. Het bedrijf kwam ook in het nieuws toen het vaccins moest kopen voor de kleine Taiwanese democratie en natuurlijk toen duidelijk werd dat de chipbakker het meest waardevolle bedrijf van Azië was geworden. Semiconductor-eiland Taiwan is door de dominantie van TSMC een belangrijk strijdpunt van de economische en technologische oorlog tussen de VS en China geworden.
De zwarte lijst van Washington
Zowel Peking als Washington zijn verantwoordelijk voor de neergang van de Chinese topbedrijven. Didi Global, feitelijk een Chinese concurrent van Uber en Deliveroo, moest op 3 december, amper vijf maanden na zijn beursgang op Wall Street, noodgedwongen zijn beursnotering schrappen. De Chinese overheid had namelijk aangekondigd dat het bedrijven met een aanwezigheid op een buitenlandse beurs onder de loep zou nemen. Het Westen eiste dat de Chinese bedrijven meer gegevens deelden met regelgevers, wat tegen de goesting van Peking was.
Tegelijkertijd voerde Washington ook de druk op Chinese bedrijven op. Vorige week donderdag kondigde Amerikaans president Joe Biden een reeks sancties aan tegen een heleboel Chinese bedrijven, waaronder dronetitaan DJI. Zij zouden zich schuldig gemaakt hebben aan de medewerking met het Chinese leger om de Oeigoerse minderheid in Xinjiang te onderdrukken, meent het Witte Huis.
Conclusie: De toekomst van Chinese bedrijven blijft troebel zolang we niet weten hoe serieus de Verenigde Staten zijn over het beperken van buitenlandse investeringen in die ondernemingen. Ook moet nog duidelijk worden hoe ver Peking de verstikking van hun meest succesvolle bedrijven wil drijven.
(kg)
