Ruim zestig jaar nadar de eerst Mini Cooper op de Britse wegen werd gesignaleerd, wordt deze week de eerste elektrische Mini in het straatbeeld verwacht. Dat is een niet onbelangrijke gegeven voor BMW, dat in 2000 eigenaar werd van het merk en de bijbehorende fabriek in het Engelse Oxford.
BMW heeft het moeilijk: de reputatie voor innovatie die het merk jarenlang vergezelde en zijn imago versterkte, is de voorbije jaren verwaterd. Een vroege voorsprong die het, in de strijd om de elektrische wagen, had opgebouwd tegenover zijn twee belangrijkste concurrenten Audi en Mercedes, is nu verdwenen. Andere inspanningen inzake mobiliteit (autodelen) en zelfrijdende wagens zijn grotendeels onopgemerkt gebleven. Ook de financiële resultaten van het merk zijn de voorbije jaren beginnen slabakken. Dat ondanks dat het nog steeds zeer lucratief blijft,
Harald Krüger (foto), die in 2015 aan het hoofd van de Duitse automaker kwam te staan, betaalt daarvoor de prijs. Eerder dan zijn ontslag af te wachten, hield die vrijdag de eer aan zichzelf. Hij zal geen tweede termijn van 5 jaar nastreven en stapt dus op.
Krüger werd CEO van BMW toen het merk zich op een hoogtepunt bevond. In 2016 moest hij de titel van best verkochte luxemerk aan Mercedes-Benz laten. Sinds hij in 2015 aan de slag ging is het aandeel BMW met 36% in waarde gedaald. Dat is niet direct zijn fout. De verkoop van wagens gaat wereldwijd achteruit en de transitie naar elektrische wagens komt op gang.
BMW en elektrische wagens
Maar Krüger toonde zich nooit echte en fan van elektrische voertuigen. Klaus Frölich, verantwoordelijk voor onderzoek en ontwikkeling bij de Duitse constructeur BMW, verklaarde vorige week nog ‘dat Europese chauffeurs geen echte interesse in elektrische auto’s tonen’. Volgens hem zijn het vooral de wetgevers die de technologie willen doordrukken.
In 2015 was Krügers belangrijkste concurrent voor de functie van CEO ene Herbert Diess. Die werd uiteindelijk CEO van Volkswagen AG, waar hij wel inzette op elektrische wagens. Met succes.
Op 18 juli benoemd BMW een opvolger voor Krüger. Naar alle waarschijnlijkheid wordt dat Oliver Zipse, de productiechef die nu al in de raad van bestuur van het concern zetelt. Die krijgt in eerste instantie af te rekenen met 2 problemen: de daling van de autoverkoop in China en de omslag in batterijtechnologie, ooit een kernactiviteit van BMW, maar waarin het merk steeds meer marktaandeel aan Oost-Aziatische producenten moet laten. Vooral dat laatste zal veel diplomatie vergen. Duitsland blijft een land waarin de traditionele auto-industrie het moeilijk heeft met de ecologische transitie. En ook de helft van de raad van bestuur bestaat er uit vakbondsvertegenwoordigers.
