Belgische tienjaarsrente loopt alsmaar hoger op: alweer nieuw dieptepunt bereikt

Er lijkt maar geen einde te komen aan de stijgende Belgische tienjaarsrente, die nu de kaap van 3 procent heeft gerond: goed nieuws voor spaarders, een nachtmerrie onder beleggers en wie moet lenen.

Het gaat de slechte kant op met de rente op Belgische staatsleningen. De afgelopen jaren was die negatief, waardoor de overheid interest kreeg als ze op die termijn leende. Ze kreeg dus meer geld terug dat ze moest betalen. Dat is nu niet meer het geval.

In februari kroop de rente voor staatsleningen op 10 jaar tijd voor het eerst weer boven nul, waarna het in juni een grens van 2 procent bereikte. Amper een kwartaal later ligt die rente al op zo’n 3 procent, waardoor lenen almaar moeilijker wordt.

In kaart

Voor wie minder dan 80 procent van de waarde van het pand wil lenen, zal vanaf heden een rente van 3,04 procent moeten betalen, in tegenstelling tot 1,63 procent enkele maanden terug. Op een lening van 250.000 euro komt dat neer op een extra afbetaling van 142 euro per maand. Daardoor zal de vraag naar hypothecaire leningen de resterende periode van het jaar wellicht verder afnemen.

Voor wie spaart, is de renteverhoging goed nieuws. De stijging van de tienjaarsrente betekent namelijk hetzelfde voor de tarieven van de termijnrekeningen. Al lopen de financiële instellingen achter op het opdrijven van dat tarief. Slechts twee banken bieden momenteel een rente van 2 procent of hoger aan; Deutsche Bank (2,34 procent) en Izola Bank (2 procent). Met het aftrekken van roerende voorheffing zou die rente op respectievelijk 1,638 en 1,40 procent komen.

Spaarboekjes

Nu rentes almaar meer de hoogte ingaan, wachten tal van cliënten dan ook op een verhoging van de rente op spaarrekeningen. Daar kwam het bij grote banken nog niet aan te pas. Enkel een paar kleinere banken voerden de basisrente reeds op.

Begin deze maand trok de Vlaamse spaarbank CKV haar basisrente op tot 0,20 procent op het dagelijks totaalbedrag dat op de rekening staat. Daarnaast kunnen cliënten genieten van een getrouwheidspremie van 0,50 procent indien ze beslissen langer dan 12 maanden het geld te beleggen.

De huidige basisrente (0,01 procent) en getrouwheidspremie (0,10 procent) bij het gros van de banken is daarbij ondermaats.

Aandelenmarkt

Beleggers reageren verontwaardigd op de bekendmaking. De stijging van de basisrente maakt dat het ook voor bedrijven duurder wordt om geld te lenen. Daardoor zullen de kosten hoger oplopen, wat bijgevolg resulteert in lagere winsten.

Ook obligatiebezitters zitten met de handen in de haren. Zij hangen tot de vervaldag vast aan hun effecten, die ze tegen een lagere rente hebben afgesloten. Indien ze beslissen toch hun investeringen te verkopen, zullen ze daar een veel lagere prijs voor krijgen dan voordien. Een beslissing die onder andere het Verenigd Koninkrijk maakte, waardoor de pensioenspaarfondsen er bijna volledig onderdoor gingen.

(ns)

Meer