Op sportief vlak gaat het de landskampioen momenteel minder voor de wind dan de voorbije seizoenen. Op financieel vlak veegt blauwzwart echter iedereen van de mat: vorig seizoen draaide Club Brugge een omzet van 137 miljoen euro, met een nettowinst van 24,5 miljoen. Dat melden de collega’s van De Tijd. Het is de eerste keer dat een Belgische club zo’n omzetcijfer in de boekhouding kan opnemen. 

Door een goed beheer scoorde Club in het seizoen 2019-2020 een financiële hattrick: de winst voor belastingen was drie maal groter dan die van het seizoen ervoor.

Bovendien kan de voetbalclub de verleiding weerstaan om een gul dividend uit te keren aan de aandeelhouders: het kiest ervoor om de winst (na aftrek van belastingen 24,5 miljoen euro) in het bedrijf te steken, als buffer om dit coronaseizoen te overbruggen. Het ziet er namelijk niet naar uit dat er op korte termijn opnieuw stadiontickets zullen verkocht worden. De plannen om een nieuw stadion te bouwen spelen ook mee in de beslissing om de eigen spaarpot te spekken. Club Brugge kan uitpakken met een gespierde balans en een eigen vermogen van 44,5 miljoen euro.

Spelersverkoop en Champions League

Door de verkoop van enkele kleppers, zoals Wesley Moraes, Stefano Denswil en Arnaut Danjuma zag de West-Vlaamse club zijn opbrengst aantikken. En er is natuurlijk de miljoenenbonus van de Champions League. De bedrijfsopbrengsten stegen met de bijna de helft tegenover het voorgaande seizoen, met als gevolg de nooit geziene omzetcijfers. 

Ironisch genoeg zorgt het Europees kampioenenbal ook voor extra kosten, spelers krijgen namelijk extra premies voor Europese campagnes. Club deed vorig seizoen ook een kwaliteitsinjectie, met de aankoop van onder meer Mignolet (7 miljoen euro) en Okereke (8 miljoen). Toch hield het bedrijf de stijgende kosten onder controle.

Het vorige omzetrecord werd slechts twee weken geleden gevestigd door KRC Genk, met 127 miljoen. Beide clubs zijn wel uitzonderingen, het Belgisch voetbal in zijn geheel is zwaar verlieslatend.