In het afgelopen jaar controleerden het agentschap Wonen Vlaanderen en de lokale gemeentebesturen net geen 5.000 studentenkamers. Daarvan bleken 1.976 koten ongeschikt of onbewoonbaar, wat overeenkomt met 39,6 procent van het aantal onderzoeken.
Dat blijkt uit een antwoord van Vlaams minister van Wonen Matthias Diependaele (N-VA) op een parlementaire vraag van Vlaams volksvertegenwoordiger Allessia Claes (N-VA). In 2019 controleerde het agentschap 268 studentenkamers in 37 verschillende panden in Antwerpen, Gent, Hasselt, Kortrijk en Leuven. De woningcontroleurs van de lokale besturen in Gent, Hasselt en Leuven voerden nog eens 4.725 onderzoeken uit.
De resultaten zijn behoorlijk hallucinant. Bij de controles van agentschap Wonen Vlaanderen was 62 procent van de koten ongeschikt of onbewoonbaar, oftewel 165 studentenkamers. De lokale besturen stelden vast dat 1.811 studentenkamers niet-conform waren. Dat is zo’n 38 procent van de gecontroleerde studentenkamers. Samengeteld komt dat neer op net geen 40 procent van de Vlaamse koten dat ongeschikt of onbewoonbaar is.
Strafpunten
‘Studenten zijn makkelijke slachtoffers. Hun budget is vaak beperkt, waardoor de kans vergroot dat men een studentenkot huurt met een slechte woonkwaliteit’, schetst Vlaams Parlementslid Claes de problematiek. Tegelijk wil ze de cijfers ook nuanceren, want niet elke vaststelling resulteert in een besluit tot ongeschikt- of onbewoonbaarverklaring. ‘Veel verhuurders voeren immers snel de nodige verbeteringswerken uit, waardoor ze een definitief besluit kunnen vermijden’, klinkt het.
Vanaf 1 januari 2021 worden de regels rond studentenkoten overigens strenger. De regeling rond de strafpunten voor gebreken wijzigt. Nu is de afwezigheid van een wastafel nog ‘goed’ voor 9 strafpunten, maar dat worden er 15. Met een maximum van 15 strafpunten betekent dat een verplichte sluiting. Ook een steile trap naar een mezzanine is vanaf Nieuwjaar niet meer toegelaten. De trap moet vast staan en een hoek van minstens 45 graden hebben.