De zogenaamde superkern nam zaterdag nieuwe maatregelen in de strijd tegen het coronavirus. Er is onder meer beslist dat bedrijven tijdelijk niet failliet kunnen gaan en dat asielzoekers geen specifieke papieren nodig hebben om te mogen werken. Dat kondigt premier Sophie Wilmès (MR) aan in een persbericht.
De superkern bestaat uit de regering, die met een minderheid regeert, aangevuld met de partijen die de regering steunen via volmachten. De partijen in de superkern zijn N-VA, PS, MR, Ecolo, CD&V, Open Vld, sp.a, Groen, cdH en DéFI.
De maatregelen op een rij:
- Bedrijven kunnen tijdelijk niet failliet gaan: tijdens de duur van de coronacrisis worden bedrijven die in moeilijkheden zijn gekomen door Covid-19 beschermd tegen beslaglegging, faillietverklaring en gerechtelijke ontbinding. Ook zullen de betalingstermijnen in reorganisatieplannen verlengd worden.
- Vrijwillige overuren in kritieke sectoren (luchtvaart, supermarkten, …) worden voor 220 uur belastingvrij tot 30 juni.
- Asielzoekers mogen werken op voorwaarde dat ze hun aanvraag tot asiel al hebben ingediend. Normaal moeten asielzoekers een procedure van een paar maanden doorlopen voor ze kunnen werken. Die wordt nu even geschrapt. Voor de duur van hun asielprocedure, zelfs als ze in een beroepsprocedure zitten, mogen ze de arbeidsmarkt betreden. Daarmee wil de kern het gebrek aan seizoensarbeiders compenseren.
- Ook tijdelijk werklozen mogen bijverdienen in de tuinbouw- en bosbouwsector. Ze krijgen daarvoor een normaal loon en 75 procent van de tijdelijke werkloosheidsuitkering. Ook worden de regels voor flexibele werktijden, detachering en tijdelijk werk versoepeld om het makkelijker te maken werknemers uit te lenen aan kritieke sectoren. In diezelfde sectoren kunnen de komende drie maanden korte opeenvolgende contracten van bepaalde duur gesloten worden.
- En ook studenten mogen helpen in kritieke sectoren zonder dat hun uren meetellen voor het quotum van 475 uur per jaar. Er wordt geen rekening gehouden met alle werkuren in de tweede helft van 2020.
- De werkloosheidsuitkeringen blijven gelijk en gaan niet stelselmatig naar beneden, zoals in normale omstandigheden.
- In de gezondheidszorg mag al het personeel dat nog niet was ingezet worden opgevorderd als dat nodig blijkt. Tot nu was dat wettelijk nog niet mogelijk. Maar dat is wel een allerlaatste redmiddel. De voorkeur gaat uit naar vrijwillige aanwerving of hulp van mensen die nu tijdelijk werkloos zijn.