Het nieuwe Vlaamse regeerakkoord legt de lat voor energetische renovatie lager. En dat is niet per se slecht, vindt Yves Vanpoucke, want het maakt de energietransitie haalbaar en betaalbaar.
Met het nieuwe Vlaamse regeerakkoord, waarin de lat voor energie-efficiëntie wordt verlaagd van een verplichte energielabel B naar label D, lijkt het alsof de pauzeknop is ingedrukt in ons klimaatbeleid. Je zou dat kunnen zien als een stap achteruit, maar vergis je niet: soms is het goed om te pauzeren en even te reflecteren. Het afgelopen beleid had de ambitie om België snel naar een energiezuinige toekomst te leiden, maar de realiteit toont dat de renovatieverplichting naar label B voor velen onhaalbaar én onbetaalbaar is. Straffer nog: terwijl kopers van woningen gepusht werden om volop te isoleren en warmtepompen te installeren, zakte de warmtepompmarkt in elkaar en zagen we opnieuw een opmars van stookolieketels. In plaats van een sprong vooruit te nemen, zetten we massaal een stap achteruit.
We hebben de marathon als een sprint ingezet
De energietransitie zoals die werd uitgestippeld, heeft nog niet het gewenste effect gehad. De markt blijft deels afhankelijk van fossiele brandstoffen, en de explosieve groei van warmtepompen waar velen op hoopten, is achterwege gebleven. De versnelling richting label B voor renovaties heeft bovendien niet gewerkt zoals gehoopt: het investeringsklimaat voor renovaties werd te duur. Voor veel gezinnen was de ambitie simpelweg onbereikbaar. Alleen de rijkeren konden voldoen aan de renovatie-eisen van de overheid.
Gelukkig heeft de nieuwe regering dat ingezien. Men beseft eindelijk dat we de marathon van de energietransitie niet als een sprint moeten benaderen. Het beleid moet haalbaar en betaalbaar blijven voor alle huishoudens, niet enkel voor de kapitaalkrachtigen die de afgelopen jaren konden profiteren van subsidies om hun energierekeningen te verlagen. Dit is een sociaal onrechtvaardige situatie die we moeten vermijden. Een marathon beginnen met een sprint, dat hou je niet vol.
We moeten af van de 100% elektrische ideologie
De investering in een warmtepomp alleen al is aanzienlijk, maar daar stopt het niet: om een bestaande woning geschikt te maken voor een warmtepomp, moet vaak nog veel meer geïnvesteerd worden in afgiftesystemen, isolatie, ramen en dakwerken. Dit zet een extreme druk op zowel het elektriciteitsnet als de portemonnee van de gemiddelde Belg.
Daarom pleit ik voor een hybride oplossing, waarbij we de voordelen van gas en elektriciteit combineren. Dit betekent dat we ons niet vastpinnen op één energiebron, maar flexibel inspelen op wat op elk moment het beste werkt.
Hybride verwarmingssystemen zijn een logische stap
De oplossing die ik voorstel is eenvoudig en doeltreffend: het installeren van hybride verwarmingssystemen. Dit houdt in dat we bestaande gasketels combineren met warmtepompen. De voordelen zijn duidelijk: je kan op elektriciteit overschakelen wanneer dit financieel en ecologisch voordelig is, en terugvallen op gas wanneer het kouder wordt of wanneer er een tekort is aan elektriciteit.
Een hybride verwarmingssysteem is een realistische stap in de richting van de energietransitie. Het vraagt een relatief beperkte investering in vergelijking met een volledig elektrische oplossing en zorgt ervoor dat gezinnen kunnen meestappen in de reductie van hun CO2-uitstoot zonder in te boeten op comfort.
Door deze technologie te omarmen, kan de gemiddelde woning al snel voldoen aan de vereisten van energielabel D, en zelfs C of B in veel gevallen, zonder dat we gezinnen financieel overbelasten. Dit is een betaalbare en haalbare oplossing die ons sneller vooruit helpt.
Inzetten op opleiding
Om deze oplossing te laten slagen is er een consistent beleid nodig. Door de lat te verlagen krijgen we meer mensen op de kar. Zowel gezinnen als bedrijven krijgen nu een beter beeld van welke haalbare investeringen ze kunnen maken. Daarnaast is het ook belangrijk om installateurs op te leiden en de certificeren, zodat zij die hiervoor gekwalificeerd zijn, subsidies kunnen aanvragen voor hybride installaties. De opleidingen hiervoor bestaan al, en de vraag naar goed opgeleide installateurs zal alleen maar toenemen.
Een bijkomend voorstel dat ik graag zou zien, is een eenvoudig COMBI-ecodesign label voor hybride systemen, waarbij we de efficiëntie van de ketel en de warmtepomp combineren in één eenvoudig te begrijpen score. Dit zou het voor installateurs en consumenten gemakkelijker maken om de juiste keuze te maken.
Het nieuwe regeerakkoord biedt een kans om de energietransitie in Vlaanderen realistisch aan te pakken. Door de renovatieverplichtingen te versoepelen en hybride verwarmingssystemen te promoten, zetten we een stap in de juiste richting. Deze oplossing is niet alleen haalbaar én betaalbaar, maar zorgt er ook voor dat we de lat lager leggen zonder onze doelstellingen uit het oog te verliezen. Op die manier kunnen we ervoor zorgen dat de energietransitie toegankelijk blijft voor iedereen, en niet enkel voor de enkeling die het zich kan veroorloven.
De auteur Yves Vanpoucke is Business Development directeur BENELUX bij Remeha