De uitgaven voor zakenreizen in Europa benaderen stilaan weer de niveaus uit het pre-coronajaar 2019. In de komende jaren gaan ze dit niveau overschrijden. Dat blijkt uit de Business Travel Index, een publicatie van de Global Business Travel Association (GBTA) en betaaldienst Visa op basis van enquêtes bij zakenreizigers.

Wat voorafging: Tijdens de coronacrisis kreeg de business travel-sector zijn grootste klap ooit.

• In Europa donderden de uitgaven aan zakenreizen in 2020 en 2021 ruim 60 procent lager tegenover normale niveaus. Dat was voor de luchtvaartmaatschappijen, hotels, evenementzalen en reisagentschappen een bittere pil, na zeven opeenvolgende jaren van groei.
• Bovendien borrelde in 2021 de pertinente vraag op: wordt het ooit nog als voorheen?

De situatie vandaag: Uit de schattingen van de GBTA blijkt dat de naschokken nog altijd voelbaar zijn, maar er wel duidelijk sprake is van herstel.

• De Europese zakenreisuitgaven klokken in 2023 naar verwachting af op omgerekend 352 miljard dollar, wat nog steeds 10 procent lager is dan in 2019. Maar het is wel een flinke sprong voorwaarts tegenover vorig jaar.
• De verwachting van de sectorkoepel GBTA is dat de komende jaren een periode van – weliswaar afvlakkende – groei zal zijn voor Europa. Volgend jaar zou al erg vergelijkbaar worden met het precoronajaar 2019 en 2025 zou het zelfs beter doen.

Meer details: Er is een groot verschil tussen West- en Oost-Europa.

• Terwijl West-Europa tegen het einde van dit jaar bijna op pre-coronaniveaus zal zitten, zal Oost-Europa daar nog zowat 33 procent onder liggen, zegt de GBTA. Dat heeft uiteraard veel te maken met de oorlog in Oekraïne.
• Europa loopt wat achter tegenover Azië en de VS, waar zakenreizen sneller een comeback maakten. Vooral het trage herstel in Duitsland en Verenigd Koninkrijk, twee landen die kampen met een recessie of stagnatie, valt op.

Zuinige Europeanen

Nog enkele weetjes: Zakenreizen dienen niet alleen om potentiële klanten of vakbeurzen te bezoeken, maar zijn almaar vaker ook puur een interne aangelegenheid, zo blijkt uit de GBTA-enquête bij meer dan duizend Europese zakenreizigers.

• Wat in Europa duidelijk de lift zit, zijn zakenreizen voor interne vergaderingen en trainingen. Dat moet – bijvoorbeeld binnen een multinational – het persoonlijke contact onder collega’s versterken.
• Zakenreizigers in Europa verplaatsen zich vaker multimodaal dan elders in de wereld. Zo gebruikte 32 procent de trein voor hun laatste zakenreis, tegenover maar 18 procent wereldwijd.
• De zakenreis duurt gemiddeld 3,5 dagen en is bij Europese bedrijven opvallend doelgericht. Slechts 19 procent van de Europese ondervraagden verlengt een zakenreis voor vrije tijd, vergeleken met het wereldwijde gemiddelde van 42 procent.
• Een zakenreiziger in Europa geeft omgerekend gemiddeld 888 dollar per reis uit, waarbij 366 dollar naar hotelaccommodatie gaat, 157 dollar naar eten en drinken, 148 dollar naar vliegreizen en 122 dollar naar ander transport. De gemiddelde uitgave is daarmee lager dan in Noord-Amerika (1.219 dollar) of in de regio Azië-Pacific (1.038 dollar).

(cv)