Het toepassen van efficiëntere en uitstootvrije technologieën kan de chemische industrie, een van de grootste producenten van koolstofdioxide in de wereld, 29 miljoen nieuwe arbeidsplaatsen opleveren. De ingrepen zouden tevens de omzet van de sector kunnen verdubbelen. Dat blijkt uit een rapport van Systemiq, een bedrijf dat klanten over duurzaamheid adviseert, in samenwerking met het Center for Global Commons van de University of Tokyo.
“Indien er daarentegen niet wordt ingegrepen, kan de sector een belangrijke bijdrage tot een dreigende klimaatchaos leveren”, voert het rapport van Systemiq aan. “De toenemende uitstoot van de productie van chemicaliën zou immers de wereldwijde temperatuur met 4 graden Celsius kunnen doen stijgen tegenover het begin van de industrialisering. Dit zou catastrofale gevolgen hebben.”
Rusland
De productie van chemicaliën veroorzaakt ongeveer 4 procent van de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen. Daarmee heeft de sector evenveel emissies als Rusland, dat bij de grootste producenten van koolstofdioxide in de wereld, op de vierde plaats staat. De producten van de chemische sector worden in talloze andere industrieën, van landbouw tot auto’s en consumptiegoederen, gebruikt.
Zonder bijkomende inspanningen van de chemische industrie zou het volgens het rapport volgens het rapport vrijwel onmogelijk zijn om de stijging van de temperaturen tot maximaal 1,5 graad Celsius te beperken. Die grens is volgens klimaatwetenschappers noodzakelijk om een dramatische klimaatverandering te kunnen vermijden.
“Door gebruik te maken van reeds beschikbare technieken, zoals de recyclage van plastic en een gerichter gebruik van kunstmest, maar ook door investeringen in opkomende technologieën zoals waterstof, zou de industrie zijn uitstoot snel kunnen verminderen”, voert het rapport aan. “Tegen het midden van deze eeuw zou de chemische sector netto koolstofdioxide niet langer uitstoten, maar wel kunnen opslaan en vasthouden.”
Paul Polman, voormalig chief executive van Unilever en oprichter van investeerder Systemiq Capital, stelde dat de chemische industrie steeds meer onder de loep wordt genomen omdat bedrijven over de hele wereld hun ecologische voetafdruk proberen te verkleinen.
“Chemische bedrijven zijn voor het publiek meestal onzichtbaar”, benadrukte hij. “De ondernemingen die hun producten afnemen en consumptiegoederen maken, staan daarentegen wel onder grote druk van het publiek.”
“De chemische bedrijven hebben niet veel druk van consumenten ondervonden, maar chemicaliën zijn de sleutel tot alle industrieën”, stipte Polman aan. “De sector is daarentegen berucht voor zijn eigen lobbywerk, maar kan wel een verandering realiseren. Dat proces in haalbaar en de transformatie kan bijzonder snel gebeuren.”
Emissiehandel
Om tegen het midden van deze eeuw een daadwerkelijke verandering te realiseren, moet volgens het rapport een jaarlijkse investering van ongeveer 100 miljard dollar worden gerealiseerd. “Dat is bijzonder bescheiden tegenover de actuele omvang van de industrie”, voeren de onderzoekers aan.
“De ingrepen zouden de inkomsten van de sector, die momenteel een jaaromzet van ongeveer 4.700 miljard dollar genereert, kunnen verdubbelen. De omslag zou bovendien ook ongeveer 11 miljoen nieuwe banen creëren in de chemische industrie en nog eens 18 miljoen in aanverwante activiteiten.”
Chemische bedrijven hebben weerstand geboden aan de druk van regeringen om hun uitstoot van koolstofdioxide te verminderen. De sector heeft onder meer jarenlang pogingen ondernomen om buiten het Europese systeem voor emissiehandel te blijven. Maar het nieuwe rapport suggereert dat chemische bedrijven opkomende technologieën zoals waterstof en ammoniak zouden kunnen gebruiken om nieuwe markten te openen.
Een groot deel van de technologieën die nodig zijn om de uitstoot van de productie van chemicaliën te verminderen, blijken al beschikbaar. Daarbij wordt onder meer gewag gemaakt van energie-efficiëntie en de recyclage van plastic producten. Daarnaast wordt ook gewezen op de opvang en opslag van koolstofdioxide, een technologie die momenteel nog niet commercieel wordt gebruikt.
(lb)