Volgens de Federal Reserve, de Amerikaanse centrale bank, is het vermogen van de rijkste 1 procent in de VS vorig jaar met 6.500 miljard dollar toegenomen. Tegen het einde van 2021 was het totale vermogen van die 1 procent opgestapeld tot 45.900 miljard dollar.
De allerrijkste Amerikanen – zoals Amazon-topman Jeff Bezos, Tesla-CEO Elon Musk of sterbelegger Warren Buffett – zagen hun vermogen het afgelopen jaar weer verder toenemen. Volgens de Amerikaanse centrale bank staat het verzamelde vermogen van de rijkste 1 procent Amerikanen nu gelijk aan een waanzinnige 45.900 miljard dollar. Dat is 6.500 miljard dollar meer dan het jaar daarvoor. In de loop van de hele pandemie nam dat vermogen zelfs met 12.000 miljard dollar toe.
“Sterkste stijging van laatste 40 jaar”
“Die cijfers zijn waanzinnig”, zegt professor economie aan de universiteit van New York Edward Wolff aan CNBC. “De vermogensboom van tijdens de pandemie komt zeker en vast in de buurt van de sterkste stijging van de laatste 40 jaar.”
Volgens de cijfers bezit 1 procent van de rijkste Amerikanen in 2021 zo’n 32,2 procent van de totale welvaart in de VS. De welvaart die de laagste 90 procent van de Amerikaanse bevolking bezit, ging er in 2021 dan weer op achteruit in vergelijking met voor de pandemie. In 2021 was zo’n 30,2 procent van alle welvaart in handen van die laagste 90 procent, tegenover 30,5 procent voor de pandemie.
De reusachtige som geld van die superrijken staat echter niet zomaar op hun bankrekening geparkeerd. Het gros van dat vermogen zit namelijk in aandelen. De portfolio’s van de 1 procent zijn volgens de Fed zo’n 23.000 miljard dollar waard. Daarmee bezit die groep niet alleen een groot deel van de totale welvaart in de VS, maar ook het grootste deel van alle aandelen op de beurzen. Tot wel 53,9 procent van alle aandelen in persoonlijk individueel bezit zouden in handen zijn van 1 procent van de Amerikaanse bevolking.
“Aandelenmarkt stuurt ongelijkheid aan”
Behalve de 1 procent rijkste Amerikanen, staat niemand echt te springen om die cijfers. Economen maken zich namelijk zeer grote zorgen over de toenemende ongelijkheid. Dat grote vermogens steeds meer hun welvaart in aandelen oppotten doet ook alarmbellen rinkelen. Volgens Wolff is er namelijk sprake van een feedback cycle, een soort vicieuze cirkel die de ongelijkheid aandrijft.
Aangezien het aandeelhouderschap vooral bij de grootste vermogens geconcentreerd zit, zullen hogere koersen volgens Wolff nóg meer geld opleveren voor de allerrijksten. Dat de allerrijksten het zich kunnen permitteren om in aandelen te investeren, en op die manier aan een vorm van sparen te doen, betekent dat het grootste deel van de welvaart van een land louter binnen de aandelenmarkten circuleert. Zo’n circulatie drijft de koersen weer verder op, en het verhaal herhaalt zich zo verder. “Toenemende ongelijkheid drijft aandelenmarkten aan, wat opnieuw ongelijkheid opdrijft”, vat Wolff het kort samen.
Een andere bron van inkomsten voor de rijkste Amerikanen is de bedrijfswereld. Zo’n 57 procent van alle private bedrijven in de VS is in handen van de rijkste 1 procent. De waarde die deze bedrijven de grootverdieners opleverde nam ook verbijsterend sterk toe, met 36 procent het afgelopen jaar. Dat komt neer op 2.200 miljard dollar in 2021.
Doemscenario’s
Economen over de hele wereld waarschuwen sinds enkele jaren al voor de stijgende welvaartsongelijkheid in de wereld. De pandemie heeft die ongelijkheid weinig goeds gedaan. Economen zoals Thomas Piketty schetsen dan ook een doemscenario waarin onze maatschappij lijkt af te stevenen op die uit het ancien régime, waarbij een selecte groep “aristocraten” zo goed als alle welvaart bezitten, en alle innovatie stilvalt omdat alle toegevoegde waarde in de zakken van grootverdieners verdwijnt.
Om het kapitalisme en de liberale democratie van de naderende ondergang te redden, moeten er volgens Piketty drastische veranderingen ingevoerd worden in ons belastingsysteem en op de kapitaalmarkten. Daarbij staan een radicaal progressieve inkomensbelasting, een kapitaalbelasting en toegenomen transparantie centraal.