De stijgende prijzen voor elektriciteit en aardgas dreigen de gezinnen met variabele contracten voorlopig op te zadelen met een zware meerkost op hun energiefactuur van gemiddeld 133 euro per jaar. Dat becijferde toezichthouder Creg.
De federale energiewaakhond waarschuwt dat de factuur nog aanzienlijk zwaarder kan oplopen als de huidige prijsstijging aanhoudt.
De Creg becijferde de impact van de historisch hoge groothandelsprijzen voor elektriciteit en aardgas van de voorbije maanden op de factuur van de gezinnen. Het zijn de huishoudens met een variabel contract – 35 procent van de gezinnen wat elektriciteit betreft, en 45 procent van de huishoudens wat aardgas betreft – die de prijs betalen.
- In vergelijking met augustus 2019, een normaal jaar, bedraagt de gemiddelde stijging van de jaarfactuur elektriciteit voor een doorsnee huishouden in augustus 49 euro.
- Voor aardgas loopt de gemiddelde stijging op tot 84 euro.
- Samen bedraagt de stijging van de jaarlijkse energiefactuur gemiddeld dus 133 euro in vergelijking met augustus 2019.
In die cijfers is nog geen rekening gehouden met de laatste maanden van het jaar. Maar als de stijging van de prijzen in de herfst en winter aanhoudt, zo waarschuwt de Creg, dreigt de impact op de afrekeningsfactuur “(aanzienlijk) groter” te zijn. Marktkenners hebben al gewaarschuwd voor aanhoudende hoge elektriciteits- en aardgasprijzen de komende maanden.