Vlaams minister voor Energie Zuhal Demir (N-VA) is niet te spreken over de regeling voor de terugdraaiende teller in Wallonië.
- Het Grondwettelijk Hof stelde in 2021 dat de regeling rond de Vlaamse terugdraaiende teller niet door de beugel kon. Het arrest kwam er onder meer nadat de federale regering een procedure tegen de Vlaamse was begonnen, op grond van de schending van de bevoegdheidsverdelende regels.
- Maar, zo merkt Demir op, er is nooit een federale procedure opgestart tegen de Waalse regering, die in oktober besliste om alle terugdraaiende tellers van vóór 2023 tot 2030 te behouden.
- Dat verschil vindt Demir oneerlijk. Ze spant nu zelf een procedure aan bij de Raad van State op basis van dezelfde gronden, om de Waalse afspraak nietig te laten verklaren. “Waarom zou de grondwet anders zijn voor Wallonië? Waarom zouden Walen wél financiële voordelen mogen hebben die de Vlamingen ontnomen zijn?”, is haar redenering.
- Waals minister van Economie Willy Borsus (MR) verdedigt de beslissing. Hij noemt deze “evenwichtig en rekening houdend met de investeringen in hernieuwbare energie”.
- Energiespecialist Joannes Laveyne (UGent) merkt echter op dat “gezien België één prijszone is, hebben terugdraaiende tellers in Wallonië negatieve effecten op de Belgische stroomprijs en de rendabiliteit van Vlaamse investeringen en leveranciers.” Iedereen gelijk voor de wet is dus economisch ook beter.