Vorig jaar lieten kunstveilingen wereldwijd een recordverkoop registreren. Er werden daarbij voor 17,1 miljard dollar aan transacties opgetekend. Dat blijkt uit een rapport van analist Artprice. De stijging wordt toegeschreven aan een aanhoudend snelle groei in Azië en aan een economisch herstel na de coronacrisis.
Tegenover het jaar voordien, toen de verkoop door de uitbraak van het coronavirus werd geraakt, liet de kunstverkoop een groei met 60 procent optekenen. Maar ook tegenover drie jaar geleden – voor de uitbraak van de pandemie – was er sprake van een stijging met 28 procent.
Botticelli
“De wereldwijde kunstmarkt heeft zijn gebruikelijke dynamiek teruggevonden en heeft zich zelfs nog verder ontwikkeld”, merkt Artprice op. “Dat werd onder meer gestimuleerd door een aantal grote veilingen, zoals de verkoop van een schilderij van Sandro Botticelli voor 45 miljoen dollar en een werk van Frida Kahlo voor 34,9 miljoen dollar, telkens bij Sotheby’s in New York.”
Daarnaast was er volgens Artprice ook sprake van een nieuwe digitale mijlpaal, verwijzend naar de verkoop van een non-fungible token (NFT) van de digitale kunstenaar Beeple voor een bedrag van 69 miljoen dollar. Slechts twee keer in de geschiedenis van de kunstverkoop werd voor een werk van een levend kunstenaar een groter bedrag betaald.
“De NFT-verkoop concentreert zich grotendeels op cryptoplatformen – alleen al op Ethereum werd vorig jaar een verkoop van ongeveer 40 miljard dollar opgetekend – maar die activiteiten worden door Artprice niet bij de gereguleerde veilingen gerangschikt”, merkt het persbureau Agence France Presse (AFP) op.
“Toch kwam de analist vorig jaar nog aan ongeveer driehonderd traditionele veilingen van NFT-werken, met een totale waarde van 232 miljoen dollar. Daarmee werd de NFT-verkoop in de kunstwereld groter dan fotografie.”
“De coronacrisis heeft de digitalisering van de kunstmarkt nog versneld”, merkt Thierry Ehrmann, voorzitter van Artprice, op in een commentaar op het fenomeen. “Op dit moment heeft 87 procent van de 6.300 veilinghuizen die door Artprice worden gevolgd een backoffice die zich bezighoudt met online verkopen.”
China
Hedendaagse kunst – werken die na het einde van de Tweede Wereldoorlog werden gemaakt – eist een groeiend aandeel van de verkoop op. Deze werken vertegenwoordigden vorig jaar 20 procent van de totale omzet, tegenover amper 3 procent het jaar voordien.
China is met een omzet van 5,95 miljard dollar – waarmee het land 35 procent van de totale verkopen voor zijn rekening neemt – vorig jaar de grootste kunstmarkt van de wereld geworden. De Verenigde Staten, met een aandeel van 34 procent, werden daarmee naar de tweede plaats geduwd.
“In de Verenigde Staten blijft de markt echter wel meer gediversifieerd dan in China”, merkt Artprice daarbij op. “Op de Amerikaanse markt wordt tevens een groter aantal kunstwerken – tegen een lagere gemiddelde prijs – verkocht.”
Zuid-Korea heeft een snelle groei gekend en betreedt met een omzet van 237 miljoen dollar de top tien van de grootste kunstmarken in de wereld. In vergelijking met drie jaar geleden, voor de uitbraak van de pandemie, is de Zuid-Koreaanse kunstverkoop met 58 miljoen dollar gestegen.
“In het Verenigd Koninkrijk werden op de kunstmarkt de effecten van de brexit en de toenemende concurrentie uit Hongkong gevoeld”, voert Artprice nog aan. “De omzet daalde er tegenover drie jaar geleden met 10 procent tot 1,99 miljard dollar.”
Opgemerkt wordt dat Hongkong zich steeds meer op de internationale kunstmarkt manifesteert en zich daarbij als een rechtstreekse concurrent voor Londen opwerpt.
De toenemende activiteit betekent ook dat er minder werken onverkocht blijven. “Het voorbije jaar vond 31 procent van de aangeboden werken geen koper”, merkt Artprice. “Dat betekent een absoluut laagterecord. Meestal blijven tussen 34 procent en 39 procent van de werken onverkocht.”
Gerhard Richter en Banksy blijven de best verkopende levende artiesten. Vorig jaar werden 1.186 kunstwerken van Banksy verkocht voor een totaalbedrag van 206 miljoen dollar.
(am)