Griekenland en Turkije ruziën nog steeds om een paar eilanden in de Egeïsche Zee. De rivaliteit tussen beide landen gaat terug tot de stichting van de twee moderne staten. En elk wil zijn luchtmacht versterken, wat de gespannen relaties niet ten goede zal komen.
Griekenland staat op het punt een contract met de Verenigde Staten te ondertekenen voor de aankoop van 20 F-35 gevechtsvliegtuigen van de nieuwste generatie, met een extra 20 exemplaren als optie, ter vervanging van zijn verouderende F-16-vloot. Athene heeft Washington een brief gestuurd waarin het de plannen uit de doeken doet en zegt dat de leveringen “in 2027 of 2028” moeten beginnen, aldus persagentschap Reuters. Deze brief is het beginpunt van onderhandelingen die volgens Grieks premier Kyriakos Mitsotakis “lang” zouden kunnen duren.
Deze bestelling komt bovenop de aankoop van 24 Franse Dassault Rafale-toestellen, waarvan 6 nieuwe en 18 tweedehands, schrijft BFM Business: Griekenland heeft duidelijk besloten zijn volledige luchtmacht te moderniseren.
Het Griekse beleid is niet onbelangrijk aangezien het land, dat lid is van de NAVO en grenst aan het oostelijk deel van de Middellandse Zee, vlak bij de monding van de Zwarte Zee ligt, waar de oorlog tussen Oekraïne en Rusland woedt. Griekenland heeft sterke culturele banden met beide landen.
Maar de Grieken staan vooral tegenover Turkije, een ander NAVO-lid waarmee de betrekkingen niet al te best zijn. De oorlogen tussen de twee landen, in de eerste helft van de 20e eeuw, mondden uit in bloedbaden en de verdrijving van burgers. De oorlogen zadelden beide partijen niet alleen met een trauma op, maar leverden ook een voedingsbodem voor een nieuw conflict. Nu wordt ineens de Griekse soevereiniteit op bepaalde eilanden in de Egeïsche Zee, die Griekenland van Turkije scheidt, betwist. En dan wordt nog gezwegen over de Cyprus-kwestie.
Erdogan wil Turkse leger “nummer één in de wereld” maken
Ook de Turken willen van hun leger een autoriteit maken waar de wereld niet omheen kan; het land zet zelf eveneens bewapeningsprogramma’s op. De kwestie van de gevechtsvliegtuigen in het kader van de NAVO blijft zeer gevoelig liggen: Turkije was partner in het F-35-programma toen het van start ging en was van plan tot honderd van deze toestellen aan te schaffen, maar het land werd door Washington uit de orderportefeuille geweerd toen bleek dat het S-400-luchtafweersystemen van Rusland had gekocht.
Sindsdien ligt Ankara overhoop met de NAVO, en de heropflakkering van de ruzie met Griekenland helpt de zaak niet vooruit. Maar terwijl de Turkse president Recep Tayyip Erdogan droomt om het Turkse leger de “nummer één in de wereld” te maken, heeft de crisis in Oekraïne hem de gelegenheid gegeven druk uit te oefenen op het gehele Atlantische Bondgenootschap: hij heeft zijn steun voor de Zweedse en Finse kandidatuur onder meer afhankelijk gesteld van de verzekering dat deze landen geen embargo zullen instellen op wapenleveringen aan Turkije.
Dit zal de taak van de Verenigde Staten bemoeilijken: die zien Turkije, ondanks zijn rol in de NAVO, niet graag zijn leger versterken. De Amerikanen vrezen dat al dat spierballen rollen de instabiliteit in de regio zal voeden. De kwestie van de leveringen van nieuwe vliegtuigen, of zelfs van oudere F-16’s, is alleszins al ter sprake gekomen in de Amerikaanse politiek. Hoewel het Amerikaans Congres zich in een advies uitsprak tegen de wapenleveringen, sprak president Joe Biden zich er net positief over uit. Dit laatste, uiteraard, tot groot ongenoegen van Athene.
(kg/lb)